WAARDE VAN HET VERLEDEN 103 36 Van de Bilt, Adriaan Kluit ah lexicograaf151. 37 Igor van de Bilt, Een dialectbriefje uit de 18de eeuw. Het WNT en de Walcherse woor den van Adriaan Kluit. In: Trefwoord2003, inclusief twee bijlagen met Kluits woorden in het WNT en de door Kluit ingediende lijst. Vlg. ook: Igor van de Bilt, Adriaan Kluit (1735-1807) als lexicograaf. In: Voortgang. Jaarboek voor Neerlandistiek 22. Amsterdam, Münster, 2004, 129-159 38 Brief aan M. Tydeman, 30 augustus 1778, UBL Ltk 997 (geciteerd in Van de Bilt, Een dialectbriefe). 39 Handelingen der jaarlyksche vergadering van de maatschappy der Nederlandsche letterkunde te Leyden 1807, blz. 2-8, aldaar blz. 6. (Boom 2014, blz. 18, n. 19). 40 Vgl. Boutelje, Bijdrage tot de kennis van A. Kluits opvattingmet name hoofdstuk 2 over de theorie van de superioritas territorialis32-50. 41 Vgl. NNBW, dl. 3, s.v. 'Kluit'. 42 Van de Bilt, Landkaartschrijvers en landverdelers107. 43 Jacob Verheije van Citters (Middelburg, 1753-Sint Laurens 1823), jurist. Hij werd in 1775 raadsheer in het Hof van Vlaanderen, in 1779 in het Hof van Holland. In 1795 trok hij zich terug op zijn kasteel Popkensburg bij Sint Laurens, waar hij zich toelegde op zijn verzameling Zelandia Illustrata. Jona Willem te Water (Zaamslag, 1740 - Lei den, 1822), studeerde theologie in Utrecht, was predikant onder meer in Vlissingen. In 1780 werd hij benoemd als hoogleraar in de vaderlandse geschiedenis als opvolger van Kluit aan de Middelburgse Illustre Schole. In 1785 vertrok Te Water naar Leiden wegens zijn benoeming tot hoogleraar in de kerkgeschiedenis. Hij speelde een belangrijke rol in het Zeeuwsch Genootschap en in de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. Te Water woonde met zijn stokdove echtgenote in Leiden op het Rapenburg. Direct na de immense ontploffing van het kruitschip in Leiden op 12 januari 1807 moet zijn vrouw, de Middelburgse koopmansdochter Paulina Cornelia Mounier, hem gevraagd hebben: 'Zei U iets, Te Water?' De biograaf van Te Water, Jack de Mooij, stelt in de stel lingen van zijn proefschrift terecht, dat mevrouw Te Water dit zeker niet voor het eerst zal hebben gevraagd. 44 De oratie werd in 1787 gepubliceerd. 45 Uit de Vulgaat: Marcus 1,3 - De stem van iemand die in de woestijn roept, dat wil zeg gen: wiens woorden in de wind geslagen worden. 46 Hugenholtz, Adriaan Kluit en het onderwijs in de mediaevistiek, 145-147. 47 Vrij, Het collegegeschil. 48 Boutelje Bijdrage tot de kennis van A. Kluits opvatting20. 49 Boom, Een oude constitutie72-81 50 Adriaan Kluit, een voorganger7. 51 Schöffer, Een Leids hoogleraar in politieke moeilijkheden, 12-15. 52 Hugenholtz, Adriaan Kluit en het onderwijs in de mediaevistiek, 156. 53 Volgens Van Dale is statistiek leer en methode om door middel van cijfers inzicht te krijgen in massale verschijnselen, m.n. van maatschappelijke, economische en natuur wetenschappelijke aard en van het weergeven van de resultaten in tabellen of grafische voorstellingen. 54 Van Deursen, Geschiedenis en toekomstverwachting, 9. 55 Deze geleerden worden in de mooie scriptie van Matthijs Boom, Een oude constitutie (2014) met betrekking tot Adriaan Kluit besproken, evenals de Franse en Engelse poli tiek filosofen die voor de Franse revolutie en de grondslagen van de Amerikaanse Repu bliek bepalend zijn geweest. 56 Vgl. de animatie van Museum De Lakenhal (https://www.youtube.com/watchivs9JA40lc VuH8, december 2014). Recente gegevens over de ramp in: Arti Ponsen Ed van der Vlist (red.), Het fataal evenement. De buskruitramp van Leiden in 1807. Leiden 2007. 57 Ponsen Van der Vlist, Het fataal evenement, 105 e.v. 58 Veilingcatalogus, boeken van Adriaan Kluit, 7 tot 11 maart 1808. Leiden: Haak Co. (in

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2014 | | pagina 105