Dood, doodsoorzaak en begrafenis van rooms-koning/graaf Wil lem II en van Floris de Voogd 8 ROOMS-KONING WILLEM II nu toe over dit onderwerp is geschreven, nog eens goed tegen het licht te houden. Mijn bedoeling is om in het tweede deel van deze bijdrage alsnog een poging te doen meer zekerheid te krijgen ten aanzien van de vraag wat sedert de dertiende eeuw met de graven van rooms-koning Willem II en diens broer Floris de Voogd is gebeurd, en wiens graf en wiens gebeente in 1817 in de Middelburgse Koorkerk zijn aangetroffen. Daaraan voorafgaand probeer ik een beeld te schetsen van de manier waarop sedert 1817 met graf, grafzerk en gebeente is omgegaan, alsook enig inzicht te geven in de discussies gedurende de afgelopen twee eeuwen rond de vraag met wiens graf men te maken had. Rooms-koning Willem II werd op 28 januari 1256 tijdens een expeditie tegen de West-Friezen bij Hoogwoud gedood. De koning stond in die tijd op het hoogte punt van zijn macht. In 1247 was hij tot koning van het Duitse Rijk gekozen en in 1248 werd hij te Aken gekroond. De koningskeuze was aanvankelijk omstreden, een deel van de vorsten erkende nog steeds keizer Frederik II en daarna diens zoon koning Koenraad IV, maar vanaf 1254 werd Willem praktisch algemeen geaccep teerd. Een reis naar Rome om daar door de paus tot keizer van het Heilige Roomse Romeinse) Rijk te worden gekroond vandaar de titel rooms-koning was in 1256 aanstaande, maar zover kwam het niet.7 Over Willems dood is door diverse kroniekschrijvers bericht: allereerst in de tijd zelf door Menko, abt van de norbertijner abdij van Wittewierum (1257) en de Engel se chroniqueur Matthew Paris (t 1259), vervolgens door Melis Stoke (1301/02, tweede versie 1311/14), Lodewijk van Velthem (circa 1316), Wlem I rocurator (circa 1321), Jan van Beke (circa 1346), en later in de middeleeuwen door de Clerc uten Laghen Landen (circa 1404/08), Johan Veldenaer (circa 1480) en Cornelius Aurelius (1517). Over de gang van zaken stemmen de schrijvers niet geheel over een. Duidelijk is wel dat de koning tijdens zijn veldtocht tegen de West-Friezen op zeker moment voor zijn troepen uit op verkenning was gegaan en daarbij met zijn paard door het ijs was gezakt. Volgens Menko werd hij toen eerst door een troep West-Friezen gevangengenomen en daarna gedood, maar Melis Stoke en anderen schreven dat hij al meteen ter plaatse werd afgemaakt.8 Vervolgens werd Willem, aldus abt Menko (vertaald uit het Latijn), 'in het geheim in iemands huis in de grond begraven'.9 Daarop kwamen enkele kroniekschrijvers uitvoeriger terug waar zij schreven over het moment in 1282 waarop graaf Floris V tijdens een veldtocht tegen de West-Friezen het graf van zijn vader wist te vinden op aanwijzing van een gevangengenomen West-fries. Melis Stoke was in de eerste versie van zijn kroniek (1301/02) vrij kort over dit gebeuren. Graaf Floris, zo schreef hij, liet het gebeente schoonwassen en reinigen en het zo snel mogelijk in een nieuwe kist, in enen scrine zuverlike', naar een schip brengen. In de tweede versie van zijn werk (1311/14) was Stoke uitvoeriger. Volgens deze tekst lag de koning begraven in dit huys ach ter den haert'. Met spaden groef men 'II mans langhe dieptot men onder zware balken in een kist het skelet van de koning aantrof. Het gebeente werd gewassen

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 2014 | | pagina 10