ROOMS-KONING WILLEM II
13
Cievotxde I V^ra-.vlpla^ité zoo als drzelve ziek.
Tcrtooiid. aan den buiten.ka.iTt- der Olioor iLexk
C TOctfdMg lot iie zelve.
Afb. 4
Afb. 3, 4 en 5. De plattegrond van een deel van de Koorkerk, met daarop aangegeven het
gevonden graf, is waarschijnlijk getekend door J.H. Reijgers. De bijschriften zijn mogelijk van
de hand van Jacob Verheije van Citters (circa 1817). Het is duidelijk dat de tekenaar niet heeft
begrepen dat de nis met het graf buiten de kerkmuur uitstak (zie afb. 2). Het zicht daarop werd
kennelijk belemmerd door de in die tijd nog aanwezige aanbouwsels tussen de steunberen, op
deze kaart aangeduid als Bergplaats voor Timmermans benodigheden'. De aquarel van de bui
tenzijde van de Koorkerk, waarschijnlijk gelijktijdig vervaardigd door Reijgers, toont het gat in
de muur waardoor N.C. Lambrechtsen en metgezellen zich toegang tot de grafnis verschaften
vanuit de - hier weggelaten - timmermansbergplaats. Op de aquarel van afbeelding 5 heeft
Reijgers geprobeerd weer te geven hoe de grafnis en het beeldhouwwerk er vanuit de kerk uit
zouden hebben gezien. In werkelijkheid werd de nis in 1817 nog aan het oog onttrokken door
een ervoor gemetselde muur. In de achterwand van de nis is het gat in de muur weergegeven
dat vanuit de timmermansbergplaats toegang gaf tot de nis. Zeeuws Archief, coll. KZGW, ZI-
II-0570a, b en c.
