Os
CM
O
O
NO
fM
In een stoet van dichters
loopt een trommelaar mee
Op elke straathoek staan ze stil
-lezen een gedicht
maken een praatje-
dan lopen ze weer door
We lezen gedichten voor van
Zbigniew Herbert en Adam Zagajewski
Stemmen die de stad bewonen
Ze zijn in gesprek met ons
over wat voortkomt uit het verleden
De trommelaar vervolgt zijn verhaal:
Lviv was eens Lemberg, toen Lwów en Lvov
Herinneringen vervagen niet, ze groeien,
wanneer de geschiedenis zich herhaalt
Zie ze pronken, die sierlijke facades
van koopmanshuizen en paleizen
In brede vensters de warme gloed
van kroonluchters, hangend uit
de hoogte, aan strak staande koorden
01 Als het schemert waait het harder
os op boulevards en pleinen
Let ook op toegangspoorten
qj tot stille binnenplaatsen
Geen zuchtje wind, een geur van vroeger
houdt de tijd buiten
(O Zware luiken getuigen van aan het oog
CO onttrokken rituelen en vervlogen leed
01
o>
Ruik het aroma dat al tijden
rond koffiehuizen hangt
Palimpsesten komen overal
tot leven, fluisteren geheimtaal
Voetgangers staan soms even stil
zonder te weten waarom
Vrede is hier nooit definitief
Gevaar loert, vanachter de horizon
en in de straten, wisselt van gedaante
Niets is blijvend. Alles beweegt
En de trommelaar wijst de weg
We gaan naar het Rynokplein
Ik trommel een treurmars
ter ere van Oleg Sentsov
Zonder woorden, enkel
doffe trommelslagen
Traag, trager, op gevoel
Hakken op de grond ook
Ze geven niet op, schrijven gedichten,
sturen brieven en delen pamfletten uit
En roepen: Oleg Sentsov Vrij
Dan gaan ze naar huis en verstrijkt de tijd