Als ik vandaag niets zeg, mompelt de jongen van het stripverhaal drijven lege wolken de hele geschiedenis terug. Marco Polo vond bijvoorbeeld de harmonicaleer niet sterk voor de zomeravonden en honger klinkt altijd met rauwe stem in broodmagere liederen. De maan smelt langzamer dan een voorhoofd in de goed-voor-het-gewasregen van boeren. Nee, denkt de jongen, ik zeg vandaag niets, hooguit danst mijn tong scheepjes in de lucht. Straks groeien handen uit mijn hoofd en aai ik grootouders op hoog water uit mijn geheugen. Het laatste rood van de avondzon zet bomen aan tot een zacht vuur, hazen rennen langs struiken smeulend hout. Nu alleen nog namen bedenken voor de naderende winter, en dan langzaam en in alle onschuld wit worden of over een lage boomtak gaan hangen en me langzaam tot een laatste kreet uit- druppelen in witte woorden die ik niet ken, zelfs nooit van mijn leven gekend heb.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2020 | | pagina 40