resoneerde diep in mijn maag) waarin ik werd geprezen om mijn scherpe pen', mijn 'opmerkelijke visie' en 'die speciale stijl' etc. etc. Tot ineens in het slot werd gezegd dat zij tot hun spijt geen mogelijkheid zagen tot uitgave tenzij ik nog iets anders kon opsturen dat 'van langere adem' was. Van Icinvere adem Die uitdrukking bleef bij me hangen, tot ver op volle zee. Hoe hierop te reageren? Moest ik terugmailen dat ik literair astmatisch was en alleen korte, raspende ademteugen produ ceerde? Het voelde alsof ik me ergens voor moest excuseren, alsof ik op een bepaalde manier verantwoording moest afleg gen. Je wordt geen korte verhalenschrijver omdat je daar op de een of andere manier rationeel voor gekozen hebt. Je bent het zo word je geboren. Het heeft bijna iets ontoerekeningsvatbaars s het dan echt zo dat men alleen lijvige romans wil lezen, dikke boeken waarin je een paar uur of dagen kunt verdwijnen"? Is die knetterende vonk van Het Korte Verhaal, die snerpende knip met je vinger, die vluchtige kus in de nacht van een vreemde dan echt not doneIs het gewoon niet hotIs het korte verhaal simpelweg geen autonoom, volwaardig, op zichzelf staand genre? eg nou eerlijk, je kunt 'De rode bloem' van Garsjin toch met alle geweld van de wereld niet wegdoen als een opzet-voor-een- nog-te-schrijven-roman? Je kunt de miniaturen van Kafka toch niet zien als 'slechts interessante vingeroefeningen'? Raymond Carver als salonfahige voetnoot? Maarten Biesheuvels ingebon den oeuvre als louter boekensteun? Nescio persona non grata? Persoonlijk houd ik van kort en bondig. Een felle, snelle literaire affaire, een snapshot van iemands leven, een momentopname. et geeft dezelfde beleving als je overbuurvrouw bespieden als zij zich achteloos voor het slaapkamerraam uitkleedt, ineens bij zinnen komt en snel de gordijnen dichttrekt. Mijn persoonlijke favoriete boek uit de Nederlandse literatuur is De Croton van Jos Vandeloo. Een bundel van vier sterke ver halen waar geen overbodig woord in valt, die precies op het juiste moment beginnen en even zozeer op tijd perfect worden afgerond - tezamen in nog geen 97 pagina's. Het zit hem in die verrukkelijke korte stroomstootjes. Het leven is al ellendig genoeg. Waarom had je toch zo veel vijanden? Omdat je beter schreef en ook veel meer dan wat al die anderen konden verzinnen. Je rookte opium om hen te kunnen vergeten en dat is je uiteindelijk toch ook nog gelukt want niemand van hen heeft nu een naam. Vol overgave goot je gevoelens in gedichten, jij die levenslang in de nacht hebt gewoond. En elke morgen zuchtte je donker en droef om het zachte zwijgen van de eerste regen. Geduldig wette je het mes van de grondwet en stak het dan zoals een advocaat zou doen tot aan het heft in de aarde en zo ontdekte je plots het tiendelig stelsel van je vingers. En terwijl je naderhand aan je pijp lurkte schreef je gauw honderdtachtig versregels waarin de romantiek vernieuwend doorbrak. Dan keek je door het raam naar de Grote Kerk, je zag de schim van Frans Hals voorbijstappen en je voelde Haarlem rillen onder de zeewind.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ballustrada | 2020 | | pagina 62