800 TOT 500.
12
TWEEDE TIJDVAK.
HET FRANKISCHE TIJDVAKVAN DEN JARE
Reeds op list einde der derde eeuw hadden
de Franken, liever gezegd de Salische Fran
ken, aldus geheeten naar hunne woonplaa/s
aan den IJsselde Isa!a in Overijsselveree-
nigd met de Saksers invallen gedaan in Gal-
lië (286). Gallië noemde men het land, dat
aan deze zijde, Germaniëdat, 't welk aan
gene zijde van den Rijn gelegen was. Ofschoon
zij aanvankelijk door de Romeinen werden
verdreven, wonnen zij op den duur toch voet,
door de toenemende verzwakking van het Ro-
meinsche rijk Daar kwamen eindelijk de
Gothen, geweldige mannen uit het noorden
en vielen in Italië, het hart van het Romein-
sche gebied. De kolosus waggelde op zijne
geschokte grondvesten en van alle kanten
stroomden de Romeinsche krijgers naar het
bedreigde Vaderland, om hem te ondersteu
nen. Aldus geraakten de Rijnstreken, de gren
zen tusschen Gal Hè en Germanie, zonder ver
dedigers. Had keizer Juli aan de Franken in
557 nog zegevierend bestreden, en Honorius
(593 423) benevens zijn veldheer Stii.ico, een
Vandaal, hen gedeeltelijk beteugeld, thans