Dg Thoolse Hoogaars Banjaard
De 'Banjaard' is een schip met een uitstraling die je meteen te pakken heeft. Zo verging het mij
althans in 1995. Ik had dat jaar een eiken zeeschouw gekocht in Heeg van P. Rinkes. Bij de overdracht
kwam Rinkes met zijn nieuwe schip aanvaren, de hoogaars 'Banjaard'. Meteen zei ik tegen mijn
wederhelft: "Wat een mooi schip! Dat schip wordt mijn volgende!".
En zo geschiedde, zij het wel negen jaar later.
Een spoor van restauraties.
26
CONSENT NR. 27 VOORJAAR 2011
Clemens van Hooft
Toen we het schip dan kochten in 2004, was het in slechte
staat. We hebben het meteen na de koop van Zwartsluis naar
de Scheepswerf Van der Meulen in Sneek gevaren om daar
alvast de belangrijkste dingen aan te pakken. Met deze reis
hebben we ook nog "geluk" gehad. Bij aankomst op de werf,
we waren net afgemeerd, spoot het water bij wijze van spre
ken tussen de vloerdelen omhoog. Even later bleek dat er een
motorsteun was afgebroken, waardoor de motor scheefge
zakt was en de schroefas de gland eruit gedrukt had. Dankzij
kordaat optreden van het werfpersoneel en een heel sterke
pomp, bleef die schade beperkt. Toen met de restauratie
van de kuip werd begonnen bleek er meer aan de hand te
zijn dan alleen een slechte kuip: de spanten in het achterschip
waren verworden tot compost (zie Spiegel der Zeilvaart;nr. 6
juli 2005). Er werden zes nieuwe spanten en leggers geplaatst
en omdat de Samofa drie cilinder diesel ook zijn beste tijd had
gehad en alles nu open lag hebben we besloten de motor met
keerkoppeling te vervangen door een Beta Marine. De kuip is
perfect ingetimmerd met droge naad en al en laat zich mak
kelijk onderhouden.
In de winter van 2006 was het kajuitdak aan de beurt. We had
den regelmatig lekkage en dat liet zich niet verhelpen. Het
bleek dat het dak gedubbeld was met een polyester tussen
laag. Het gevolg was dat de boel danig aan het rotten was. Bij
de restauratie zijn extra dakspanten geplaatst, waardoor het
geheel goed stabiel werd. Bij het reguliere lakwerk ontdekte
ik een ingewaterd plekje aan de mastwang ter hoogte van het
dek. Het bleek meer dan een plekje: de mastwang was bijna
geheel doorgerot, dus die is toen ook meteen vervangen.
Naast dit werk hebben we ook de kajuit nieuw laten intim-
meren, het is nu een open geheel: je kunt alle spanten in het
vooronder zien en je kunt ook overal bij. We hebben nu een
dubbele kooi in het vooronder en drie riante slaapplaatsen op
de banken.
2007 was het winterseizoen waarin we de binnenboeisels, de
potdeksels, een bolder en zeven meter boeisel aan stuurboord
hebben laten restaureren. Grote delen waren hier en daar door
inwateren ernstig aangetast.
De NZ 1 (Banjaard) in Terneuzen in 1935.
Zo hebben wij vijf winterseizoenen achtereen
diverse zaken grondig aan laten pakken bij
Van der Meulen. Gedurende het vaarseizoen
zijn wij vooral in de Zeeuwse wateren en ook
wel op het Wad. Tot voor kort overwinterde
het schip in het schiphuis bij Van der Meulen
in Sneek. Daar kon in de winter op de werf de
restauratie en het onderhoud worden uitge
voerd. Zo voeren we elk najaar naar boven en
elk voorjaar naar beneden. Op zich altijd leuk,
maar ook tijdrovend met een staande mast. Dit
heeft ons doen besluiten het schip in het ver
volg in Zeeland te schuren en te lakken en de
Museumhaven van Zierikzee als winterberging
te benutten.
Afgelopen winter was het vlak aan de beurt. In
de winter van '08/ '09 bleek bij een controle
dat op veel plaatsen de priem met weinig
moeite door het vlak ging. Dit is toen tijdelijk
afgetimmerd met blik. Eind september 2009 hebben we Ban
jaard naar de Scheepswerf van Peter Schouten in Kortenhoef
gevaren. Daar is in het vroege voorjaar begonnen met de res
tauratie.
Het schip is achter de loods op bokken geplaatst, want het
past niet in de loods. Bij het slopen van het oude, 2 duim dikke
vlak viel ons op dat het was gemaakt van iepenhout, met uit
zondering van een rechthoekig stuk eiken in het voorschip. De
meest waarschijnlijke reden voor deze reparatie lazen we in
het boek Herinneringen van een Zeeuwse garnalenvisser door
Kees Grootjans. Hij beschrijft uitgebreid de lotgevallen van de
NZ (Terneuzen) 1 en van de vissers in oorlogstijd en ook dat er
in het begin van de oorlog een handgranaat in het voorschip
werd gegooid. Zijn pleegvader en hij hebben het schip toen
naar De Klerk in Breskens gebracht waar het in vijf weken tijd
gerepareerd werd.
Het oude vlak was vastgezet met houten pennen, waarbij later
extra pennen zijn aangebracht die wat groter van formaat zijn.
Verder viel het Peter Schouten op dat de kimmen langs het
vlak lopen zoals bij schouwen gebruikelijk is. Ook kwam er een
stalen T-profiel van ca 60 cm tevoorschijn ter hoogte van het
kussen. Wat de functie daarvan was, is niet duidelijk, ook Melis
van Duivendijk wist daar geen antwoord op.
Het slopen en opbouwen is afwisselend gedaan. Eerst werden
de kimmen door Peter Schouten onder handen genomen en
als laatste de kielplank. De nieuwe planken hebben een dikte
van ruim 2 duim, met uitzondering van de kielplank, die 21/>
duim dik is.
Dankzij de constructie van het soldatengat is het gelukt zon
der al te veel problemen de kielplank in zijn geheel fatsoenlijk
te plaatsen. De planken zijn met houtfretten van 10x110 mm
vastgeschroefd.
Omdat het mastspoor qua constructie een zwakke schakel
vormt is besloten een kielbalk te plaatsen ter versterking van
de langsscheepse sterkte van het geheel. Samen met de 21Z>
duims kielplank geeft dit een grotere stijfheid aan de romp. Er
zijn ook twee spanten vernieuwd.
Het eindresultaat bleek deze zomer: een droog schip en be
tere zeileigenschappen.
In het voorjaar van 2010 is het schip geschouwd en ingeschre
ven als varend monument® nummer 2530, in het Nationaal
Register Varende Monumenten.
De Banjaard (NZ 1) op de Nieuwe Waterweg in 1961.