ZWIN
Berichten
In 1984 broedden in het Zwin en de onmiddelijke omgeving
van het reservaat niet minder dan 97 soorten vogels.
De zeldzaamste waren de Dougall's stern (gepaard met
een visdiefje), 2 paar stormmeeuwen, 6 paar zwartkopmeeuwen
één paar bruine kiekendief en 2 paartjes kleine barmsijs
Eveneens in 1984 werden door ons Biologisch Station 2514
vogels geringd. Enkele interessante terugmeldingen: Kokmeeuw
uit Denemarken, 1 uit Zweden, 2 uit de DDR, 1 uit Polen,
7 uit Finland, en 3 uit Rusland. De kokmeeuwen die dus
bij ons overwinteren komen uit het hoge Noorden.
Drie nestjongen in het Zwin geringd, werden uit Spanje
teruggemeld
Stormmeeuw: 2 meldingen uit de DDR, 3 uit Zweden, 1 uit
Polen, 1 uit Finland (na 16 jaar) en 1 uit Rusland.
Twee bonte kraaien werden uit Zweden gemeld.
Een sijsje werd later uit Italië gemeld. Dat bewijst dat
deze soort niet elk jaar naar hetzelfde overwinterings-
gebied terugkeert.
Twee terugmeldingen van zwartkoppen: één uit Algerije,
een ander uit het zuiden van Spanje.
Een kleine karekiet uit de Guinese Republiek.
Een watersnip die in Erfurt (DDR) geringd werd, was 5
dagen later reeds in het Zwin.
De vrij harde winter zorgde weer voor enkele ornithologische
verrassingen
Zo noteerden we de overwintering van een twintigtal wilde
zwanen
Er waren ook vele duizenden ganzen in de polders; tot
eind februari kwamen er elke avond zo'n 8000 kol- en
rietganzen in het Zwin overnachten.
Er overwinterden 2 kluten en ten minste 2 tjiftjafs.
De drie lepelaars die we tot half februari in het Zwin
konden observeren hebben de harde winter waarschijnlijk
niet overleefd, net als vele waterhoentjes, meerkoeten,
wilde eenden en blauwe reigers. Natuurlijke selectie
Er overwinterden heel wat roofvogels:
Zo ringden we niet minder dan 21 sperwers in het Zwin.
In de nabijheid van het reservaat noteerden we minstens
10 torenvalken, 8 smellekèns, 4 buizerden, 1 havik en
12 blauwe kiekendieven. Enkele keren zagen we ook een
rode wouw en een ruigpootbuizerd
De Conservator,
Guido Burggraeve.
-12-