97
96
den di-
dezen kunstvollen, inspannenden arbeid werd een beroep ge
daan op de kunstvaardigheid van den directeur W. D. Luteijn
den conservator der verzameling schilderijendie zich daarvan
met zijne gewone welwillendheid en met den bekenden goeden
uitslag kweet.
Ter zijde
van de zittende boerin bevindt zich in eene
tafelstoel een eveneens door den heer Luteijn geboetseerde
popvoorstellende een boerenkind in de kleeding van de
eerste helft dezer eeuw, geschonken door mevr. J. C. Broe
dervan Sluijs te Middelburg.
De stoelen waarop de boer en de boerin gezeten zijn
dateeren uit het jaar 1773 en zijn door het bestuur der
ambachtsheerlijkheid van Oud-Vosmeer aan het genootschap
in bruikleen afgestaan.
Op de tafel vóór de boerin ligt een uitstekend gecon
serveerd exemplaar van den prentenbijbel van Basnage met
zilveren sloteneen geschenk van den directeur Henri Tak.
De kunstig bewerkte houten pers ter zijde van de deur is
afkomstig uit het oude gasthuis te Middelburg en werd in
bruikleen verstrekt door het bestuur der godshuizen.
Het fraaie stel oud-Delftsch aardewerk op de gebeeld
houwde kast is een geschenk van mevrouw MezgerBorsius.
Boven die kast hangt eene groote schilderij van het Mun-
nikenhof, zooals dat zich ten tijde van Vader Oats ver
toonde in bruikleen afgestaan door den directeur dr. A.
van der Swalme.
Van de collectie porselein en aardewerkwelke deels in
eene kastdeels boven de deuren en den schoorsteen is uit
gestald, werd boven (bl. 56) reeds gesproken. Afzonderlijk
verdient vermelding de fraaie antieke porseleinkastwelke
door den conservator J. A. Frederiks in Holland werd aan
gekocht 1).
De ouderwetsche kamer werd verder in den loop der jaren
niet de volgende aanwinsten verrijkt.
1885. Een ouderwetsche koperen stoof, van het lid dr.
F. P. J. Sibmacher Zijnen;
zes borden van oud-Delftsch aardewerkvan het lid J. A.
Frederiks
een tinnen lamp van Duitsch fabrikaat, afkomstig uit het
armenhuis te ’s-Gravenpolderaangekocht
een fiesch met beenensnijwerkvan den directeur M.
Fokker
een bijbeltje met zilveren slootje en de psalmen van Datheen
van mej. van den Driessen Mareeuw te Terneuzen.
1886. Zes schotels oud-Delftsch aardewerk van
recteur Henri Tak;
vier dito borden, van den heer J. Franse te Zierikzee;
verschillende boerenkleedingstukkenvan den heer J. Peper
te Aagtekerkeden heer A. Boogaert te Arnemuiden, mej.
Eggel te Axel, mej. Mazure te Groede, wed. Maljaers te
Biggekerkemej. Terwpert te Koudekerke en anderen;
een zilveren breinaald met scheede, van mej. van den
Driessen Mareeuw te Terneuzen
een antieke koperen tabaksdoos met eene bijbelsche voor
stelling en reliefvan den heer J. C. Carelse te Middel
burg
eenige oude kerkbriefjesvan het lid dr. Y. Keijzer;
eenige teekenlappen van mej. A. de Broekert te Middelburg.
1887. Een drietal glanssteenen en een mutsenplank, van
mej. R. 8. Mazure te Groede
eenige teekenlappen, van mej. van den Driessen Mareeuw
te Terneuzen en van het lid L. K. van der Harst;
vier borden oud-Delftsch aardewerkvan het lid L. K.
van der Harst
een zilveren lodereindoosjevan denzelfde
een blauwe pot met Japansche figuren, vermoedelijk een
oude doofpotvan het lid A. Walraven
J) Door een der directeurendie onbekend wenscht te blijvenwerd
in de aankoopsom 250) honderd gulden bijgedragen.
