de briefwisseling
VIJFDE HOOFDSTUK.
Over de gewone vergadering.
instructie gegeven.
Het onderhoudt de bestaande betrekkingen met de binnen
in buitenlandsche genootschappen en is bevoegd die verder
uit te breiden.
Art. 51.
De voorzitter heeft het beleid van
Bij afwezigheid van
waargenomen door een
uit zijn midden aan
Art. 54.
Alle commissiën worden door het bestuur benoemd, ten
ware dit anders mocht bepaald zijn of de vergadering zelve
zich dit recht mocht voorbehouden.
Art. 55.
In alle zakendie niet aan afzonderlijke commissiën zijn
opgedragen, geeft het bestuur bij monde van den voorzit
ter zijn praeadvies.
Art. 63.
De thesaurier is belast met het beheer der gelden en
houdt de kas in zijne bewaring.
Art. 64.
Hij legt jaarlijks zijne rekening met de bescheiden over bij
het bestuur, hetwelk haar daarna ter goedkeuring aanbiedt
aan de vergadering van directeuren met de contribueerende
ledenuiterlijk in de maand April te houden.
Art. 65.
De gewone vergaderingen worden gehouden in het Museum
op den eersten Woensdag in JanuariFebruari, Maart, Oc
tober November en December, des avonds te acht uren.
Art. 59.
De archieven des genootschaps berusten onder den secretaris.
Art. 60.
De secretaris is verplicht alle vergaderingen bij te wonen
enzoo hij verhinderd iste zorgen dat hij door een lid
des bestuurs worde vervangen.
Art. 61.
Hij houdt de notulen van de vergaderingen is belast met
en zorgt voor de expeditie der werken.
Art. 62.
Voor kleine onkosten, als porto’s en frankeeren van brieven
schrijfbehoeften enz. wordt aan den secretaris van wege het
genootschap jaarlijks te goed gedaan eene som van honderd
gulden.
Art. 56.’
Het toezicht over de bibliotheek is opgedragen aan een
bibliothecarisdat over de overige verzamelingen aan conser
vatoren, allen door het uitvoerend bestuur te benoemen.
Art. 57.
De concierge van het genootschaptevens custos van zijn<
verzamelingen, wordt door het bestuur, behoudens goer
keuring van directeuren en contribueerende ledenaangesteld
en ontslagen.
Hem wordt door het bestuur eene
Art. 58.
Het bestuur is belast met de afdoening der loopende zaken.
alle vergaderingen.
den voorzitter wordt zijne betrekkin*?
der leden van het bestuur, door dn
te wijzen.
Art. 52.
In de tusschentijds openvallende plaatsen in het bestuur
wordt in de eerste of daaropvolgende gewone vergaderiuir
voorzien tot aan de algemeene vergadering.
Art. 53.
Het bestuur komt zoo dikwijls bijeen als het dit noodi^
acht. Van September tot April vergadert het minstens
eenmaal des maands.
XIII
XII