44
door den secretaris een woord van waardeering en hulde ge
wijd. zooveel mogelijk vergezeld van eene korte levensschets.
Vermelding verdient, dat de directeur prof. dr. J. Pijn
appel Gz. in 1892 wegens zijne bijzondere verdiensten jegens
het genootschap op grond van art. 31 der wet. tot lid werd
benoemd.
In eene buitengewone vergadering op 26 Maart 1889 l) werd
besloten ook dames als directrices aan te nemen en tot leden
te benoemen. Zij hebben dezelfde rechten als de directeu
ren en de andere ledenbehoudens dat de dames-leden vrijge
steld zijn van de verplichting om eene spreekbeurt te ver
vullen.
Een album van de portretten van directeuren en leden en
een tweede van hunne handteekeningen zijn aangelegd. Aan
het verzoek om portret en naamteekening in te zenden werd
door velen bereidwillig voldaan. Aan hen die nog in ge
breke bleven of na die circulaire tot het genootschap toetra
den zal eerlang eene nieuwe uitnoodiging verzonden worden.
Bestuur.
Het uitvoerend bestuur van het genootschap bestaat uit
den voorzitterdrie ledenden thesaurier en den secretaris.
De voorzitter, de thesaurier en de secretaris worden voor
vijf, de drie bestuursleden voor drie jaren gekozen. Alleen
45
de secretaris en de thesaurier zijn bij hunne aftreding her
kiesbaar.
In de algemeene vergadering van 1 April 1885 werd voor
zien in de vacatures, ontstaan door de periodieke aftreding
van den voorzitter jhr. mr. D. G. van Teijlingen, van het
bestuurslid dr. Y. Keijzer en van den secretaris mr. G. N.
de Stoppelaar. Laatstgenoemde, sedert 2 December 1874
als zoodanig in functiehad verzocht voor eene herbenoeming
niet in aanmerking te komen. De voorzitter was de tolk
der vergaderingtoen hij in welgekozen woorden hulde bracht
aan de bijzondere nauwgezetheid, ijver en toewijding, waar
mede de heer de Stoppelaar ten allen tijde zijn ambt had
waargenomen. Als voorzitter werd gekozen dr. E. P. J.
Sibmaclier Zijnenals bestuurslid mr. G. N. de Stop
pelaar, als secretaris mr. W. Polman Kruseman.
Op 7 April 1886 werd in de vacature van bestuurslid
ten gevolge van de periodieke aftreding van dr. J. J. Gouvée
voorzien door de verkiezing van dr. H. Japikse.
Het bestuurslid dr. J. C. de Man werd 6 April 1887
vervangen door dr. J. P. Berdenis van Berlekom doch op
4 April 1888 herkozen ter vervulling van de vacature
ontstaande door de aftreding van mr. G. N. de Stop
pelaar.
In de vergadering van 3 April 1889 werd de heer M.
Eokker als thesaurier herkozen en, ter vervanging van dr.
H. Japikseals bestuurslid gekozen mr. G. N. de Stoppelaar.
Den 2den April 1890 werd dr. E. P. J. Sibmacher Zijnen
als voorzitter vervangen door dr. H. Japikse, volgde de heer
Henri Tak als bestuurslid dr. J. P. Berdenis van Berle
kom op en werd mr. W. Polman Kruseman als secretaris
herkozen.
Dr. J. O. dë Mandie op 1 April 1891 aan de beurt
van aftreding was werd als bestuurslid opgevolgd door dr.
J. G. Voegler en op 6 April 1892 weder als zoodanig ge
kozen ter vervanging van mr. G. N. de Stoppelaar.
1) De ia die vergadering aangenomen wetswijziging luidde
Art. io. Als tweede lid wordt toegevoegd
»Dames kunnen als directrices worden aangenomenzij hebben de
zelfde rechten als de directeuren."
Art. 23. In plaats van »door hunne kunde en geleerdheid" wordt ge
lezen »door kunde en geleerdheidin plaats van »door hunne bijzondere
verdiensten": »door bijzondere verdiensten."
Art. 42. Als tweede lid wordt toegevoegd
»Op dames-leden is deze bepaling niet toepasselijk."