Ms* t ff KWITANTIE. de Zeevaartkunde en in het Scheepswerk zich vlijtig betoonde en zijne vor deringen en kunde tamelijk ontwikkelde, en dat zijn gedrag is geweest goed en onbesproken, zijnde in December 1851 aangenomen tot Lidmaat der Nederduitsch Hervormde Gemeente terwijl hij, als twee reizen gedaan en ruim Negentienjarige leeftijd bereikt hebbende, op heden eervol als Kwe keling is ontslagen. Twaalf oktober 1857 vertrekt hij voor zijn eerste reis als stuurman. Als zodanig gaat hij onder commando van kapitein H. de Groot Steffry met het barkschip „Wilhelmina Catharina" naar Java. Zijn gage bedraagt f 28 per maand. De reis duurt langer dan een jaar; op 12 december 1858 loopt het schip in Middelburg binnen. Op 26 maart 1859 legt hij ten overstaan van de „Commissie van Bestuur over de Inrigting tot het Examineeren van Varenslieden te Rotterdam" met goed gevolg het examen af voor „Tweede Stuurman op de Groote Vaart. ONTVANGEN van O j op het y/jj \_t Scllip gevoerd door '^4 QÜff&anflè na&r~ binueukomendc van ay ac som van als contributie aan het Eefids der zoogenaamde SlaVcnj '|J Gage per Maand ift ovor Maanden Jagen y?f (Vf c "Waarvan cï'jX Entree geld ingo- volge Art. 16 Zierikzee den yt^rZ.^48^ De Boekhouder, Totaal Fotocopie van een kwitantie van de Slavenkas. 79

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1977 | | pagina 81