Drie motorferryschepen met kop- en zijlading: de "Koningin Wilhelmina" en de
"Prinses Juliana" op liet veer Vlissingen-Breskens en de "Prins Hendrik" als reser
ve voor het veer Vlissingen-Breskens en als aanvulling voor het veer Hansweert-
Walsoorden.
Drie motorschepen met zijlading: de "Koningin Emma" op het veer Hansweert-
Hoedekenskerke-Terneuzen, de "Oosterschelde" op het veer Zierikzee-Katseveer
en de "Prins Willem I" op het veer Terneuzen-Hoedekenskerke. Twee schroef-
stoomschepen: de "Schouwen" op het veer Hansweert-Walsoorden en de "Luctor
et Emergo" als reserve voor alle veren. Een tweetal kleine veerboten: de
"Zandkreek" en de "Juliana" op de veren tussen Noord-Beveland en Walcheren.
De kleine motorboot voor het nachtpostverkeer, de "Zeemeeuw".
Ten gevolge van de oorlogshandelingen tijdens de meidagen van 1940. onder
meer bij het transport van de Franse troepen van generaal Durand en de terug
trekkende eenheden van het Nederlandse leger, werd een groot aantal schepen
tot zinken gebracht of beschadigd, waardoor zij voor de duur van de oorlog
onbruikbaar bleken. Slechts de schepen op de Noord-Bevelandse veren en de
twee veerboten, de "Koningin Wilhelmina" en de "Koningin Emma" op de
Westerschelde bleven in de vaart.
Om aan hun verplichtingen op alle veren te kunnen voldoen huurden de inmid
dels samengevoegde Stoombootdiensten een tweetal schepen. Dat waren het
schroefstoomschip "Zuiderzee" van de rederij Koppe te Amsterdam en het
schroefstoomschip "Prinses Juliana" (de latere "Prins Hendrik") van de
Rotterdamse rederij J. en A. van der Schuyt. Het probleem om voldoende schepen
in de vaart te houden bleef gedurende de gehele oorlog een grote zorg en een
welhaast onmogelijke opdracht voor de directie en provinciale overheid.
Breskens. Het tot zinken gebracht, motorfenyscbip "Prinses Juliana". Foto mei 1940.
(Collectie Eekman/Tuyninan, Zeeuws Documentatie Centrum. Middelburg).
95