Met de Engelschman Van de Wal, den Harlinger, heb ik ook nog al eens over het nieuive gepraat. Die maakt, terwijl hij in veel meegaat en veel begrijpt en nergens bang of schrikachtig van is, mooie tegeniveipingen. Met die kan ik praten. Dat is voor mij de beste, en dan een hèèle beste, van de collega's. Daarvoor heeft hij dan ook. te Amsterdam in de medicijnen gestudeerd en is hij een leerling van Stoffel54 Hij werkt ook Angelsaksisch, waar we samen eens aantijgen. Aan liet eind van dat jaar (8 december 1892) is het oordeel nog steeds positief: Goede conversatie heb ik. aan den Harlingerman collega Van de Wat, getrouwd met een jufvrouw Habbema. onzen man voor 't Engelsch. Hij hêt vroeger medicij nen gestudeerd in Amsterdam en dat kun je goed weten. Dat zou ook in joujw] schatting geen misse broeder zijn, daar sta ik voor in. Twee maanden later (16 februari 1893) 'schwarmt' Van den Bosch als het ware met hem en 'lijft' hem - net als eerder Helder - min of meer bij zijn Zwolse vrien den in. Ik leef als de drommel en ik heb hier een Fries bij me, die me jou bijna vergoedt: je stadgenoot Van de Wal, Ook -een Fries voild tout: Mein Liebchen was willst du noch mehr? Jullie bent eerst je leven waard hoor Weer twee maanden later solliciteren ze samen naar de Rijks H.B.S. te Assen en brengen ze op tweede Pinksterdag een bezoek aan de inspecteur om hun belan gen te verdedigen. (In een tussenzin in een brief van 22 mei 1893 vermeldt Van den Bosch dat hij voor hij naar Assen solliciteerde op een voordracht in Winschoten heeft gestaan; over die sollicitatie en afwijzing bevat de Zierikzeese correspondentie niets.) En nu nog iets: 'k ga met amice Van de Wal, mijn Engelsman en joujw] land- en stadgenoot en jong-generatie(?) mensch, Maandag n.m'.j naar Inspecteur Van Aken53 om met zijn beiden naar Assen Rijks H.B.S. te solliciteren: hij Engelsch, ik NederlandschHoe vin-je datGoed? 1800 salaris en hier van dit eiland vandaan. (20 mei 1893) Volgens de opgave in Westendorp Boerma verliet Van de Wal in 1893 de school; ik neem aan dat zijn sollicitatie naar Assen dus gelukt is. Die van Van den Bosch mislukte opnieuw. De sollicitatie naar Assen lijkt erg op die naar Dordt: opnieuw krijgt Hettema een lange brief met strategische en tactische vragen. Kortheidshalve citeer ik ze niet. Wel het gedeelte over zijn plan er toch maar een bevoegdheid bij te halen, zodat hij Nederlands en Duits kan geven; voor beide bestaat een vacature in Assen. Over die combinatie dénk ik., in 't geval dat ik de jaren van voorwaardelijke ver bintenis de volle f 2200 krijg en dus tijd houdt om te werken voor de akte (de volle f 2200, d.i, zonder aftrek voor pensioen). Daartoe lokt me aan: dicht bij Groningen zal ik mijn heele studie nog eens een breeder grondslag van taalkennis (Germaansch!) kunnen geven: ik behoef daar geen blokstudie van te maken, ik kan het academisch opvatten, kom nog eens weer lekker serieus aan de studie en krijg een akte in m 'n zak die niet zoo nullig is als m 'n Nederlandsche. Verder: ik ben dan aan een Rijks, krijg straks pensioen, ben uit mijn isolement, zit dicht bij m'n familie, ook bij jou en kan voor de eerste jaren rustig blijven zitten. De vraag is natuurlijk: Kan ik voor die voorwaardelijke verbintenis in aanmerking komen: 102

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2000 | | pagina 104