De geschiedenis van Rusland, de revolutie en de vorming van de Sowjet-Unie werden uitvoerig uiteengezet. De eeuwenlange onderdrukking van het Russische volk, de gevolgen van de bolsjewistische revolutie, het gruwelijk onrecht en wrede vervolging werden evenals de houding van het buitenland door Adriaan duidelijk en indringend onder de aandacht gebracht. Aan zijn lidmaatschap van 'Onésimus' bewaarde hij dierbare herinneringen, welke evenals de vriendschappen voor het leven bepalend zijn geweest voor zijn verdere leven. In de kring van deze vereniging leerde hij ook zijn echtgenote Geertruida Kruit kennen. Haar vader en broer Piet waren leidinggevenden bij de afdelingen kinderen en jongelieden. Op 21 maart 1988 ontving hij van zijn vriend Bram Apon een artikel uit het Nieuw Rotterdams Kerkblad, betreffende de verkoop van de eigendommen van 'Onésimus'. De opbrengst kwam ten goede van de galerij-verbouwing in de Hoflaankerk, op voorwaarde dat de naam 'Onésimus' verbonden zou worden aan een van de zalen op de galerij. Dit bericht, evenals een artikel in het week blad 'De Ster van 14 juli 1992 over de teloorgang van de Kralingse club 'Onésimus', deed pijn en schokte hem diep. Tot aan zijn overlijden was Adriaan lid van de Vereniging van oud-leden van 'Onésimus'. Verschillende oude vrien den brachten hem later de laatste eer. Studiejaren Van maart 1922 tot maart 1928 bezocht Adriaan de Openbare Lagere School aan de Vreclenhofweg in Rotterdam-Kralingen. Ter overbrugging naar het middelbaar onderwijs bezocht hij van maart 1928 tot juli 1928 de Mulo-school aan de Gashouderstraat. Van september 1928 tot mei 1933 studeerde hij aan de 2' HBS-B, met vijf-jarige cursus, 'Libanon' aan de Libanonstraat in Rotterdam-Kralingen. Waarom deze school? Om de volgende redenen: het was een Openbare School, de dichtstbij zijnde school en zijn beste vriend, de latere prof. J.C. Brezet, ging ook naar deze school. Hoewel het gezin kerkelijk meelevend was werd gekozen voor een scheiding van kerk, politiek en onderwijs. Het mag een wonder heten, dat Adriaan zonder te doubleren in vijf jaar tijd zijn diploma wist te behalen. Elk jaar prijkten naast de negens en tienen voor de taal vakken en geschiedenis de nodige onvoldoendes voor de exacte vakken op zijn cijferlijst. Vaak moest hij door middel van een herexamen de overgang naar een volgend leerjaar veiligstellen. Het verhaal gaat. dat tijdens de beoordelingsverga dering van het eindexamen, de rijksgecommitteerde voor wiskunde zei: "deze kandidaat moet slagen, hij zal zeker niet in Delft gaan studeren Hij koos inderdaad niet voor een technische studie maar voor de studie Nederlandse taal- en letterkunde. Zijn HBS-opleiding was echter niet toereikend om te worden toegelaten voor een universitaire studie. In de periode 1933 - 1935 volgde hij een particuliere opleiding Grieks en Latijn op gymnasiumniveau bij Dr. Rogge. In het voorjaar van 1935 slaagde hij in deze vakken voor het Aanvullend Staatsexamen Gymnasium-alfa Hierdoor werd de weg naar de universiteit geo pend. In september 1935 werd hij ingeschreven aan de faculteit der letteren van de universiteit van Leiden. Hij studeerde Nederlandse taal- en letterkunde met de bijvakken geschiedenis en Russisch. Al in het begin van zijn studietijd maakte hij kennis met zijn latere promotor, prof. dr. G.G. Kloeke. Hij volgde bij hem onder andere de colleges fonetiek en linguïstiek. Gedurende zijn gehele studietijd 120

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2000 | | pagina 122