Jacoba Magdalena Ockersse trouwde op 18 februari 1754 met haar achterneef mr.
Johan Steengracht (1727-1785). Ds. Van Cleeff voltrok het huwelijk in de kerk te
Oosterland. Steengracht was raad en advocaat-fiscaal van de Zeeuwse admiraliteit
en kiesheer van Middelburg en werd de nieuwe ambachtsheer van Oosterland,
Sirjansland en Oosterstein. Als gevolg van dit huwelijk werd het huis aan het
Kerkhof - Jacoba Magdalena was als gevolg van het overlijden van haar zus eige
nares geworden - door Johan Steengracht verkocht aan zijn schoonvader.1
Molen
De bestaande standerdmolen van Oosterland verkeerde in een vervallen staat.
Nieuwbouw was noodzakelijk, maar zou een forse investering vergen.
Bovendien liepen de baten terug vanwege de opkomst van het eten van aardap
pels. Om te zorgen dat er voldoende te malen zou zijn, wilde Susanna Maria dat
niet alleen de inwoners van Oosterland hun graan op deze molen zouden bren
gen, maar ook die van Sirjansland. Mede dankzij de inspanningen van neef Van
Citters en zwager Ockersse kenden de Staten van Zeeland in 1752 een oktrooi
aan de ambachtsvrouwe toe waarin bepaald werd dat de ingezetenen van
Sirjansland verplicht werden gebruik te maken van de molen van Oosterland
voor het malen van hun meel.
Een bestek werd opgemaakt en het werk aanbesteed. Timmerman Pieter Telle en
metselaar Isack Farnabuck werden de aannemers. Jan de Noter volgde de bouw
als opzichter. Mattijs van Noijen, eveneens uit Zierikzee, zorgde voor het steen-
hotiwerswerk waaronder de fraaie gedenksteen boven de ingang met daarop het
bouwjaar en de wapens Cau en Lonque. Niet minder fraai is de baard, die behal
ve het bouwjaar ook is voorzien van de wapens van Oosterland en Sirjansland.
T.h '-A rri-jr -..
,.s9P5- .-o
- ---- - - %r - - l~T.;
De molen met cle gedenksteen met daarop de wapens van mr. Johan Can en Susanna Maria Lonque.
Foto's: J.D.C. Berrevoets enJ.H. Simmelink.
58
