Het gedeelte Oude Haven N.Z. tussen Paardenstraat en 's Heer Arendstraat iverd ook wel 'Sleepkaai genoemd. (Collectie Gemeentearchief Schouwen-Duiveland). Cannenburg. Reeds op 8 december 1830 vond de eerste publieke verkoop plaats van, vermoedelijk overtollig geworden, zaken. Notaris Jan Mosselmans hield in opdracht op de "Sleepkaai" koopdag. Een en ander bestond uit een grote partij rondhout waaronder stengen, raas, pompen, een nieuwe boegspriet, een partij planken, riemen, handspaken, blokken, scheepsbehoeften, afbraak en brandhout. De oude 'Ceres' werd kort na 10 december 1830 uit de vaart genomen en waar schijnlijk voor afbraak verkocht. Hieruit kunnen we concluderen dat het schip "op" was en te oud. Er werd van de verdere geschiedenis van dit schip niets meer vernomen. De 'Vreede' bleef zeker tot oktober 1833 in dienst. Schipper Cornelis van de Mussel voerde het gezag over het enig overgebleven schip van het, voor die tijd roemrijke, handelshuis. Eind 1833 volgde de verkoop van vier pakhuizen en een stuk grond in Zierikzee. Waarschijnlijk vormde de verkoop de inleiding tot de verhuizing van Voorbeitel Cannenburg naar Amsterdam. Naar de beweegredenen van de verhuizing kunnen we slechts gissen. Volgens het Zierikzeese bevolkingsregister trok hij op 30 augustus 1834 met zijn twee kin deren naar de hoofdstad. Zijn moeder Huberdina Voorbeitel verruilde het immens grote huis Oude Haven A 418 voor haar oude huis Oude Haven A 375. Hier sleet zij haar laatste dagen met een inwonende hulp. De jonge Willem ver kocht het grote huis aan Mr. C. van der Lek de Clercq, die het bewoonde en er zijn notariaat vestigde. Huberdina Voorbeitel overleed in Zierikzee op 19 maart 1835. Een jaar later, werd dit huis met bijbehorend pakhuis A 375 alsmede de inboedel openbaar verkocht. Volgens de "Courant" ging het om een aanzienlijke partij "welgeconserveerde meubelen" bestaande uit: "een kabinet, tafels, stoelen spiegels, schilderijen, tapijten, valgordijnen, bedden, dekens, porselein, aarde werk, koper, tin" en uit het naastgelegen pakhuis nog "enige afbraak" en een houten loods, "zijnde een koekenkraam. 79

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2000 | | pagina 81