duct op dat in dit kader wel past: de brieven bevatten heel wat interessante infor matie over het leven op en rond de Zierikzeese school in de jaren 1891 - 1894. Natuurlijk zijn de brieven ego-documenten en geven ze een beeld door de ogen van Van den Bosch. En niet te vergeten: ook in zijn brieven hanteert Van den Bosch op vele plaatsen zijn 'scheidstijlonbekommerder zelfs dan in het Pleidooi. Vergelijking met andere bronnen zoals Westendorp Boerma et al. kan dat beeld bijstellen. In het vervolg van deze bijdrage probeer ik dat beeld op bepaalde aspecten te reconstrueren door uitvoerig uit de brieven te citeren. Ik richt me daarbij vooral op de benoeming van Van den Bosch, zijn omgang met en waardering van colle ga's, leerlingen en mensen uit zijn stand. Ik besteed aandacht aan zijn (bitter noodzakelijke) bijverdienste en ga tenslotte in op zijn pogingen weg te komen uit Zierikzee. Op weg naar Zierikzee Het is niet erg aannemelijk dat Van den Bosch veel geweten heeft over Zierikzee in het algemeen en over de 'Hoogere Burgerschool met vijfjarige cursus te Zierikzee' (voortaan H.B.S.) meer in het bijzonder, toen hij op dinsdag 27 januari 1891 - de dag nadat hij 29 was geworden - aan zijn sollicitatiebrief begon. Hij maakte er het volgende van. Aan den Edel Achtbaren Raad, der Gemeente Zierikzee, Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, Ondergetekende, J.H. van den Bosch, Letterkundige en Privaatdocent, dat hij, sinds December 1887 candidaat voor het Middelbaar Onderwijs in de Nederlandsche Taal en Letteren, onder overlegging der vereischte stukken en van een geschriftje van zijne hand getiteld "Ploofts Granida", in aanmerking wenschte te komen voor de vaceerende betrekking aan de Hoogere Burgerschool der Gemeente Zierikzee. Hij neemt de vrijheid den Edel Achtbaren Raad der Gemeente daarbij te verwijzen naar het Verslag der Examencommissie voor Middelbaar Onderwijs over 1887, Afdeeling Nederlandsche Taal en Letterkunde. Met verschuldigde Eerbied: J.H. van den Bosch Uit niets blijkt in later jaren dat hij voor die dag enigerlei directe relatie had met Zierikzee Veel tijd om zich alsnog te informeren had hij niet gehad. Het handge schreven ontwerp van de advertentietekst is gedateerd 15 januari 1891 en luidt: Aan de Hoogere Burgerschool te Zierikzee zal komen te vaceeren de betrekking van Leeraar in de Nederlandsche taal en letterkunde, tevens belast met het onder wijs in de Nederlandsche taal aan de Burgeravondschool op eene jaarwedde van f1400.-. Sollicitaties vóór 1 Februari e.k. in te zenden aan den Burgemeester. Een brief van B W van Zierikzee over de zaak aan de Inspecteur voor het mid- delbaaronderwijs, Dr. W.B.J. van Eyk', d.d. 19 januari 1891, maakt er melding van dat de advertentie al geplaatst is. Die is dus weliswaar heel snel geplaatst - vol- 85

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2000 | | pagina 87