had gesteld over de aanbevelingslijst). Ook lovend is hij over de Gemeentesecretaris Jan Snellen. Het P.S. bevat de opmerking dat het leven in Zierikzee duur is. De passage over zijn onderwijs citeer ik in extenso. Mijn onderwijs gaat tot nu in allen opzichte uitstekend: wat een inbeelding: en evemvel nochtans en desalniettemin: als het nu maar zoo voortgaat: tot nu toe gaat alles van zelf. Ik hoorde de opinie van de bengels der Burgeravondschool: 'dat 's een goeje man boor, dat 's een goeje man, maar hij is streng hoor, wat is ie streng, pas jij maar op, De Glindt, mannetje, anders ga je'. In de vijf klassen der H.B.S. gaat alles zoo pleizierig en geregeld zijn gang, als of de docent en de jongens ouwe vrienden zijn. Eenmaal in Zierikzee aangekomen raakt Van den Bosch snel op de hoogte van de gang van zaken rond zijn benoemung. Al op zaterdag 11 april, nauwelijks twee maanden na zijn aankomst, schrijft hij: Ik schreef u al dat Beets-Verdam9 mij hier gebracht hebben. Ik. was de besliste keuze van Commissie v. toezicht en Gemeenteraad contra den Burgemeester die natuurlijk, de wethouder op zijn zij gepraat had: hij wilde de keus v.d. Inspecteur volgen. Zierikzeeënaars hebben gezegd: wat denkt de Inspecteur wel om ons maar cle eerste de beste thuis te sturen. Ben bij raadsleden en bij Commisieleden als de man de k.euze ontvangen: daar kan ik u heel wat van vertellen. Zoo is mijn stre ven toch beloond, amice: ik ben er met eer en zonder iveifeling gekomen: Meder is gewoon niet in aanmerking gekomen: het sprak vanzelf dat ik de man was: u hoeft ons niet te bedanken, want daar behoefde immers geen woord over verspild te worden, na 't geen we van u vernomen hadden: daaraan werd het hier toege schreven dat ik maar niet was overgekomen, omdat ik toch zeker van mijn zaak was geweest. Hebt u er wel een oogenblik aan getwijfeld dat li de vlag zou moeten strijken voor de beide andere heerenKom, kom, dat weten wij wel beter. Ik heb hier eens echt geboft en zoo ben ik thans (ik merk dat telkens) een heel heer in Zierikzee. Fokker (over wien ik u schreef'0) zal zijn best doen bij den gemeente raad om mij mettertijd het archief eens op te dragen. Met den secretaris" ben ik beste maatjes: een flinke, aardige vent: ik. ben hem al van dienst geweest in een rechtsquestie tusschen Zierikzee en het waterschap Schouwen: namelijk een stuk van 1561 voor hem overgeschreven en uitgelegd, waarop hij met een Mr. in de rechten die een jaar aan het archief van 's-Hertogenbosch (provinciaal) is werk zaam geweest vergeefs zijn tijd had zitten vermorsen!/ Die heer Mr. in de rechten had o.a. voor Serarenshaven ('s Heer Arends) - gewoon tot driemaal toe 's-Gravenhage gelezen! Het Archief hier is indertijd gedeeltelijk al eens ruw geschift door den vroegeren burgemeester Mr. Ermerins, nu Rijksarchivaris voor Zeeland. - Zie claar een en ander over de omgeving. Maar ik vergeet wat. Het leven is hier abominabel duur. Geen artikel of het is duurder dan in Zwolle. Maal ais ik eens in Zwolle kom zal Mevrouw dat meer interesseren dan u, denk ik. Maar mij interesseert des te meer! Mijn vrouw is goed gezond en onze jongen bloeit heerlijk. Hij wordt opentop zijn vader: het typisch, zooals dal uit allerlei kleinigheden blijkt. Mijn vrouw heeft het nog eenzaam, daar de visites nog niet hebben plaats gehad: doch den heer Jan Conrad (je weet dat hij naar zijn groot vader en naar Huet'2 genoemd is) zorgt dat de eenzaamheid niet onuitstaanbaar wordt. Ik krijg hier vermaningen van rheumatiek. Vroeger nooit gehad. En steeds beide nog wat slaperig. Ons huis begint allengs in orde te komen. Mijn studeerka- 88

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 2000 | | pagina 90