i' B
'll
Na van dit alles kennis te hebben genomen besluiten Bailliu, Burgemeester ende Scheepe
nen van het Hoge en Lage Sas van Gend op 19-10-1780, dat zij het verzoek van de heer
Du Pont een leerlooierij op te richten op de bedoelde plaats niet kunnen inwilligen.
Zij wijzen hem een locatie aan, waar hij die huidenvetterij kan beginnen, n.l. in zijn eigen
tuin, gelegen in de zuidwest hoek van de markt. Hij wordt dan wel verplicht op eigen
kosten "een beslooten riool onder door den grond" aan te leggen, dat uitmondt in ’s lands
riool. Bovendien is hij verplicht zijn riolering te onderhouden.
Notaris Ciprianus Colpaert te Selzaete benadrukt aan de hand van diverse getuigeverklarin-
gen, dat de stankoverlast van een leerlooierij voor de omwonenden zeer groot is.
Een bewogen week.
Op de 5e Brumaire van het 7e jaar van de Franse Republiek (26-10-1798) hebben de agent
municipal en de adjunct, resp. Pieter van Goethem en Pieter Vercauteren, in een proces
verbaal de gebeurtenissen van de afgelopen week vastgelegd.
Op maandag 22 oktober om half tien ’s avonds is een bende van wel 100 man sterk
komend uit de richting Assenede onze gemeente binnengetrokken. Ze kwamen met
"slaande trommels, met fluiten en bellen" onder het slaken van luide kreten als: vivat de
keizer. Hun wapens bestonden uit stokken, geweren en pieken.
Eenmaal binnen de wallen dreigen ze de bevolking, dat er nog tweeduizend Brabanders
volgen, m.a.w. de overvallers zijn in de meerderheid, verzet is zinloos. Bij het stadhuis
aangekomen hebben ze de aldaar opgerichte vrijheidsboom omgehakt. Een gedeelte van de
bendeleden zijn het stadhuis binnengedrongen, waar ze "het kleet van de tafel hebben
gestooten" en de deur van de Griffie hebben ingetrapt. Alle aanwezige papieren zijn
verscheurd of weggegooid. Vervolgens hebben zij zich begeven naar het huis van mij,
agent municipal, en mij gedwongen de Roomse Kerk te doen openen. In de kerk hebben
de onverlaten geknield bij het altaar gelegen en gebeden onder het mom van voor het
geloof te strijden. Vervolgens zijn ze weer bij mij, agent municipal, gekomen en hebben
de sleutel van het huis van de Commandant opgeëist. Aangezien ik die sleutel niet in bezit
heb, kon ik die ook niet geven. Onder het uiten van de verschrikkelijkste dreigementen
I
3415 F 450
De Grote Markt met kerkplein kort
voor de eeuwwisseling.
'fs
jw
i ri
-