DE
PLATTELANDSVROUW
ONZE BOERINNENBOND
M!
Nuttig den maaHijd op een goede manier
[U is gevraagd, een overzicht te geven
over onzg werkzaamheden. Wij hebben
gewerkt, om het geheele apparaat weer op
gang te krijgen. Een woord van 'hulde is hier
op zijn plaats aan alle boerinnen, (die zich
n.b. gewoonlijk heel stil hielden op de verga
deringen) voor hun moed, om hun afdeeling
staande te houden. Wij weten, dat dit r-iet
eenvoudig was. En juist dezen morgen kreeg
ik twee brieven van leidsters van aldeelingen,
met een volledig Kerstprogramma er bij en
een brief, waarin zij schreven, nog nooit zoo'n
mooie avond; gehad te hebben. Al was de winst
van de storm in de gelederen van de Bo,Bo
alleen maar, dat wij nu wetendat wij boerin
nen hebben, die best zelf kunnen optreden,
dan is dit al zeer veel en joist dat, wat wij
weten en bereiken willen.
Om dan in het kort nog een Verslag te geven
van wat er gebeurd is:
Na de bewuste .ineenstorting"i van de Bond,
zijn wij direct aan het werk gegaan. Het leek
werkelijk, of er geen beginnen aar. was. Maar
al heel gauw kwamen er brieven van Boerin
nen, die raad vroegen, omdat zij maar niet
zoo wilden „opgeheven" worden, zonder eerst
goed' voorgelicht te zijn. Wij hebben hen toen
direct geschreven: „Doorgaan". En dat heb
ben zij gedaan. Wij hebben deze brieven ver
gaard erf aan hen, die ze schreven, gevraagd,
om ter vergadering in Utrecht te komen. Daar
hebben zij ir.' de maand October, (zij het met
grooten schroom), een Prov. Bestuursfunctie
aanvaard. Ik geloof niet, dat één van hen er
spijt var. heeft. Hun taak was, in een maand
alle afd. aan te schrijven en hen te vragen,
alle bescheiden en bezittingen plus de kas
over te dragen aan het nieuwe Bestuur. Dit
heeft tot allerlei wonderlijkg situaties aanlei
ding geven, die op de vergaderingen soms
aanleiding waren tot groote hilariteit, daar
het met geen pen te beschrijven is, wat de
„opgeheven" afd. al niet met de kas uithaal
den. Wij vergaderden in November weer erf
spraken toen af, dat wij de afd. aan zouden
schrijven, aan hun finantieelg verplichtingen
te voldoen.
Pit is heelemaal een hopeloozg geschiedenis,
daar de meeste afd. ten achter waren met de
contributie en' het de uitgetreden leden en
Besturen niet, of zeer moeilijk aan het ver
stand te brengen is,1 dat zij verplichtingen
hebben. In vele gevallen is de kas met opzet
opgemaakt efiz. enz.
Wij zullen nu in Januari het finantieele ge
deelte afwerken. Daarover is het laatste
woord nog niet gezegd, omdat het toch niet
aangaat op cén dergelijke wijze om te sprin
gen met geld, dat voor het algemeen belang
moet dienen en daar ook voor gégéven is.
Er is nog veel meer gebeurd, maar het zou te
ver voeren, dit alles nu te vertellen. Veel hier
van kan men lezen in de nummers October,
November en December van ,,de Plattelands
vrouw". Wij hebben ir.tusschen niet stil ge
zeten wat betreft de org. van de „Landstand".
De Gouwleidsters zijn benoemd en werken
samen met de Prov. Best. Deze zullen in de
Landstand alle hun taak krijgen. Het is op
merkelijk. hoe goed de samenwerking is. Het
is dan ook wel een pluimpje waard, dat vele
afd. nu al weer bun avonden houden, die zij
nu zelf kunnen organiseeren, in overleg met
het Prcv. Best. Wij houden ons zoo veel mo
gelijk aan onze Provinciale krachten en trach
ten zelf wat goeds naar voren te brengen.
Or.s aller ideaal is, ook de Landarbeidersvrouw
in onze afd. te vinden.
Wij kunnen onze afd. verg. blijven houden,
omdat ons beginselprogramma zoo geheel in
dezen tijd past. Een van de «Mer-
grootste voordeelen, eigenlijk de „winst" van
de Septemberstorm is .geweest, dat wij nu in
eens weten; op welke boerinnen wij rekenen
kunnen en dat er niet één eenvoudige Boerin
meer behoeft te zijn, die zeggen mag „Ik ben
te dom". Dan moet zij maar eens denken aan
hen, die gezorgd hebben, dat de B0.B0. bleef
D bestaan. Dat zijn' allemaal eenvoudige vrou
wen, waarvan sommigen nog nooit een woord
in het openbaar gezegd hadden. Dezulken heb
ik hooren spreken en ze wisten zéér goed, wat
de Plattelandsvrouw noodig heeft. Er moeten
er echter nog veel meer komen.
Een dezer dagen kreeg ik het Octobemummer
en 't Nv„nummer, van „de Plattelandsvrouw"
terug, keurig in een enveloppe met onlees
baar stempel en zonder afzender. „Geweldig
flink is dat". Daarin stonden allerlei scham
pere opmerkingen, wat trouwens geen kunst
Is. O.a. ook bij het artikel „Leidinggevende
kern" in het Octobemummer. Ik sprak daar
over de moed, die sommigen onzer hadden,
om vol te houden en over de toekomst, waar-
In deze kem leiding zal moeten geven. Er
staat een vraagteeken bij „moed" en „voor
hoelang" aan het einde van de alinea.
Dat er moed toe hoort, kan zij, 3ie niet zelf
strijdt, niet eens beseffen. Wat moet het be
staan van een mensch leeg zijn, wanneer hij
alleen maar „kankeren" kan. Zielig is dat!!-
E)n wat betreft „hoe long"? Wel, daar hebben
wij niets mee te maken. Een feit is het, dat
wij niet anders kunnen en daar bovendien
nog onze vreugde aan beleven. Wat na ors
komt, dat zullen wij naar ons beste weten en
kunnen voorbereiden in het belang van' onze
Plattelandsvrouwen. Wij hebben dan gedaan
wat wij moesten. Wij hebben niét onze vrou
wen, zoo maar, hun avonden ontnomen.
Zoolang wij door kunnen gaan, zullen wij dat
doen en wij zullen trachten iets van onze
idealen te bereiken. Wij werken niet, om er
eer mee in te leggen ,moar slechts voor de
ontwikkeling van onze landvrouwen.
Wij zullen blij zijn, wanneer de Landstand in
alle opzichten slaagt in het geven van lei
ding en voorlichting aan de vrouwen van ons
Platteland. En is onze rol dan uitgespeeld,
dan zullen wij het werk leggen hl de handen
van hen, die wij voorbereid hebben tot hun
taak- rJ.: Dat Landvrouwen door Landvrou
wen onderricht en geleid worden en voorbe
reid voor hun taak, als vrouw en moeder.
In dit nieuwe jaar zal het Bestuur van onze
Bond, trachten een geleidelijke overgang te
vinden naar de org. der Landvrouwen, wij
zullen trachten algemjeene cursussen te geven
door het geheele land en bovenal zullen wij
trachten de ware saamhoorigheid weer terug
te brengen in de samenleving. Dit zal niet mee
vallen, maar wij hebben den tijdi. Er is nog
werk genoeg te doen, ook in de afdeelingen,
die niet stil behoeven te zitten, want alle ont
wikkeling is alvast meegenomen.
Vanmiddag was er een eenvoudige vrouw bij
mij, die begon met te zeggen, dat zij „dom"lij
was. Zij wilde echter zoo gTaag Iets doen voor
arbeidersvrouwen in haar omgeving en
vooral hen iets bijbrengen van den nieuwen:
tijd, daar hun' bestaan zoo leeg was en zij den
heelen dag niets anders deden dan schelden.
Deze eenvoudige vrouw meende, dat dat erg
slecht was voor de geestelijke ontwikkeling
van de jeugd. Zij zeide mij, niet te kunnen
stil zitten, want haar mar. en haar zoon wa
ren in Frankrijk en haar andere zoon was
sinds Februari aan het Oostfront. Deze laat
ste zoon had tot baar gezegd, toen zij zeide
hem niet te kunnen afstaan: „Moeder je hebt
ons geleend, dat wij ons op moesten offeren
voor ons idéaal en dat wij Jezus volgen moes
ten, en nu wil je me niet laten gaan. Wat
geeft toet hoe lang wij leven, ais wij maar
echt geleefd hebben."
Wanneer wij dergelijke vrouwen am ons heen
hebben en een dergelijke jeugd achter ons,
zouden wij dan niet alles in het werk stellen,
om eveneens te doen, wat wij kunnen voor de
nieuwe orde, die komen zal, des te vlugger,
naar mate wij dien helpen vormen.
Laten wij dus slechts vooruit zien en hopen,
dat zij, die het ons nu moeilijk maken, eens
mee zullen werken.
Laten wij dan het voorbeeld geven en opge
wekt, vol moed en vertrouwen de toekomst
tegemoet gaan. -
Wij zuUen toch niet onze strijdende jeugd ai-
leen laten en hen hun leven laten offeren,
zonder hen moreel te steunen, door onze
werkkracht en ons vertrouwen, in wat zij ze
ker gelooven, dat tot heil der samenleving is?
H. E. W. EGOINK—LOVINKj
Eet niet te haastig en gejaagd
Op allerlei wijze tracht men het beschikbare
voedsel zooveel mogelijk te benutten. In het
bijzonder wordt er door iedere huisvrouw
gelet op het zuinig schoonmaken, het doel
matig bereiden en bewaren van de levens
middelen.
Maar dan is men nog niet klaar. Het hangt
ook af van de wijze, waarop men den maal
tijd gebruikt of men ten volle van de voe
dingsmiddelen zal profiteeren of niet.
Dat men bij het eten nog fouten kan ma
ken. lijkt misschien wat vreemd. Toch wordt
er één fout zeer dikwijls gemaakt: talloozen
kauwen de spijzen nl. slecht.
Door het kauwen wordt het voedsel fijn ver
deeld, waardoor de oppervlakte sterk vergroot
wordt en de spijsverterlngssappen goed kun
nen inwerken. Kauwt men nietgoed dan
komen er groote brokken in de maag terecht.
De spijsverteringssappen komen met een klein
gedeelte van het voedsel in aanraking en ver
teren alleen dit. De rest verlaat het lichaam
onveranderd, wordt niet benut en gaat ver
lóren..
Goed gekauwde en in de mond fijn verdeelde
spijzen worden veel beter verteerd. De voe
dingsstoffen, welke zij bevatten komen het
^ichaam dar^ voor een veel grooter deel ten
goede.
Wanneer er gejaagd en haastig gegeten wordt,
gunt men zich den tijd niet om te' kauwen.
Bovendien wordt de stemming van den maal
tijd er niet door bevorderd, wat eveneens de
spijsvertering slecht beïnvloedt. De maaltijden
dienen echte rustpunten te zijn in het ja
gende leven. Het zijn de weinige momenten
van den dag, waarop alle huisgenooten bij
elkaar zijn en dan moet het gezellig zijn, dan
dient ieder terwille van het geheele gezin zijn
best te doen, opgewekt te zijn, belangstelling
te toonen voor de belangen van de huisge
nooten en elkaar deelgenoot te maken van
hetgeen men zelf beleefde.
Ook voor de kinderen is het van belang, dat
zij van jongs af aan leeren rustig te eten en
goed te kauwen. Zoo dikwijls spoelen zij
's ochtends in groote haast .hun boterham
naar binnen en verdwijnen dan naar school
Na zoo'n vliegend ontbijt krijgen zij echter
snel weer honger en ze hebben er slechts
weinig aan. Een kwartiertje vroeger opstaan
kan geen werkelijk bezwaar zijn. In het gezin,
waar de hand wordt gehouden aan de oude
gewoonte, dat men samen het ontbijt gebruikt
op een tijd, dat allen daaraan rustig kunnen
deelnemen voordat h^t werk hen roept, wor
den geestelijke enn lichamelijke gezondheid-
gediend en wordt aan de kinderen een steun
gegeven, die verder strekt dan de dag.
Bet is ook belangrijk, dat de maaltijd er
smakelijk uitziet en netjes opgedaan wordt
Dit bevordert de goede stemming en deni'
eetlust. De uitdrukking „watertanden" fs op
werkelijkheid gegrond. Wanneer men iets
smakelijks ziet, scheiden zich de sappen, wel
ke voor het goed verteren van de spijzen
noodig zijn, rijkelijk af, o-a. in den mondj
welke men het begin van het spijsverterings-
kanaal noemen kan.
Deze laatste raad, welke in hoofdzaak be
stemd is voor degenen, die de maaltijden toe
bereiden, is gemakkelijk op te volgen. Het
kost slechts weinig moelte, maar de gerechten
komén beter tot hun recht, wanneer men ze'
met zorg opdient.