Longwormziekte
V«
HET LAND
VAN DEN BRA.'
voor de Landvrouwen
Het
groei-
boeren let op!
Als ik in korte woorden moet zeggen, wat
onze tank in de afd. Landvr. In den Ned.
Landstand is, dan zou ik zeggen: wy wil
len ons hoerendom ook door middel der
vrouwen op een hooger plan brengen.
Wjj geven bedryfs-technische voorlich
ting, wker, wy geven nuttige wenken
voor huis en hof, maar wat wij vooral
willen is, ons Landvolk meer bijbrengen,
wat het "bctcckent in ons volk en vooral
ook welke plichten het heeft ten opzichte
van dat volk.
De groote massa, ook van het Landvolk,
vraagt nog aityd om brood en spelen in
de eerste plaats, en voor den boer is de
materieele kant inderdaad ook belangryk.
Belangryk omdat hij zyn bezit moet ver
meerderen. Wanneer de boer geen pach
ter is, begint hy gewoonlijk met een hy
potheek, die gestadig afgelost moet wor
den, omdat hy op rijperen leeftijd ook
weer van de rente of de huur van dc
boerdery moet leven, zijn kinderen, wan
neer zo den huwbaren leeftjjd hebben
bereikt, weer van een zeker bedrijfskapi
taal moet voorzien. Daarom doet het me
wel eens pijn, dat men onze boeren voor
krenterig scheldt, waar het veelal niets
anders is dan het zorgen voor de toekomst
van zich en zyn gezin.
Maar voor den roehtgeaarden boer en de
boerin zyn brood en spelen niet het be
langrijkste. Den goeden boer is zyn werk
zjjn roeping; hij verzorgt zyn - vee met
liefde, of het duur of goedkoop is, hy fokt
veulens by zijn -beste merries als ze dui
zend, maar ook als ze honderd gulden
kosten.
De ware boerin weckte groente en fruit
uit eigen tuin, ook toen de blikgroenten
in massa's voorhanden waren. Ze geeft de
voorkeur aan eigen slacht boven de aan
de deur gekochte versche lapjes, omdat ze
bcerin is en zooveel mogelijk op zelfvcr-
zorging gesteld. 'TSn waarom wy door
middel van de vrouwen zooveel ver
wachten?
Kr is een oud Groningsch spreekwoord,
dat door het vertalen in het Nederlandsch
veel van zyn kernachtige waarde verliest,
maar dat wil zeggen, dat in een klein
boeren, en landarbeidersgezin een flinke
vrouw en een niet flinke man het>yerder
brengen dan een flinke man en een niet
flinke vrouw. Een notaris vertelde my
eens, dat hy by informaties naar de soli
diteit van bepaalde families aityd vroeg
naar den naam van de vrouw, omdat die
voor hem de zekerste waarborg was. De
feiten hebben dit gezegde dus bevestigd.
Omdat ook wy overtuigd zyn van de be
langrijkheid van de taak der landvrouw,
gaan wy ondanks door omstandigheden
veroorzaakte moeilijkheden, voort onze
landvrouwen te maken tot flinke, zelfbe
wuste boerinnen, die pal zullen staan
voor gezin, bedrijf en volk.
Die geregeld contact met elkaar houden,
niet enkel voor de gezelligheid, maar om
steeds weer nieuwe en goede indrukken
op te doen, waarmee ze haar omgeving
kunnen dienen.
II. ZWIEItS—LUTII.
Wenken van de week
(Vervolg van pag. 1)
prima conditie te krijgen, zoodat het
dier over een flinke reserve beschikt,
wanneer de dektijd is aangebroken. Een
prima conditie wil in dit geval niet zeg
gen, dat de bok vet moet zijn. Dat is
juist verkeerd. Wel moet hij goed be-
vleesd zijn.
Bij het voeren zal men er dus mee
moeten rekenen, geen zetmeelrijk voedei
te verstrekken in dezen tijd. Dus bijv
geen aardappelen, want dat zet juist vet
aan. Het voedsel moet integendeel eiwit
rijk zijn. Men zorge voor volop jong
gras. en daarnaast wat prima hooi. Is
er te beschikken over kunstmatig ge
droogde lucerne, klaver of gras, dan is
dat een prima voer. Eiwitrijk meel zal
men in de meeste gevallen zeker wel
niet hebben, doch ook zonder dat is men
in staat den bok in goede dekconditie
te krijgen. a!s men maar zorgt, dat het
ruwvoeder een zoo hoog mogelijk eiwit
gehalte heeft.
Wat „Land en Volk" brengt
Zondag 3 September. 8 00 uur Ililv. 1 D. v.
d. Bospoort. Vergeten waarden, die niet
verloren gingen."
12.45 uur Hilv. 1. D. v. d. Hul met een
actueel onderwerp.
Maandag 4 September. 13.00 uur Hilv. 1.
Nabeschouwing over de aardappelkeu-
ringen in 1944.
Dinsdag 5 September 13.00 uur Hilv. I.
Lezing over de voederproeven, welke ge
nomen zijn op ,,De Schothorst" b\j
Amersfoort.
Woensdag 6 September 13.00 uur Hilv. 1.
Bezoek aan de kunstmestfabriek in Win
terswijk.
Donderdag 7 September 13.00 uur Hilv. 1.
Over het leven van de Kamper koe-
boeren.
Vrydag 8 September ÜL00 uur Hilv. 1.
Wekclykseh nieuws en wenken voor boer
en tuinder.
18.15 uur Hilv. 1. In de serie „Van
de Directie van den Landbouw" zal er
een lezing worden gehouden over „Ras-
senonderzoek van groentegewassen".
Zaterdag 9 September 13.25 uur Hilv. 1.
De weKelyksche wandeling.
13.55 uur Hilv. 1. De Directie van den
Landbouw geeft wenken voor volkstuin-
ders.
„De Landstand"
Zee! and
AD».... i.VllES.
Handcliadvertenties:
.1 provinciale ecü.ie 25 c. peb
tr. m elke edl'ie meer 5 c. per
m m ex^-ra
provinciale edltu 25 c. per
HandcBadvertcnties met
agmrischcn inlioud:
1 provinciale eciltle 15 c. pet
mm elke editie meer 3 c.
per mm. extra
Kleine advertenties me uitsluitend
huishoudeliiken inhoud:
1 t m 20 woorden t 2- elke 5
woorden meer f 0.50 extra.
Breven onder nummer t 0.15
meer
Bij meer plaatsingen aanmerkelijke
Uortin?.
ALL F. BRIEFWISSELING betreffen
de advertenties abonnementen
en administratie te richten aan
Uitgeverij ..Volk en Bodem"
Kortenaerkado 10 Den Haag.
De stad Biervliet
WIE het landelijk dorpke Biervliet
met zijn beide scherp contras-
teerende zelfbewust omhoogpie-
kende kerktorens en wenkenden molen
daar zoo droomerig ziet neergevlijd te
midden der weelderige landouwen, ge
stoffeerd door statige hoeven, kan zich
moeilijk .realiseeren dat het eens een
beroemde havenstad en later een ves
ting was.
Och hoe weinig is er ook van den glorie
tijd nog te zien, van het Middeleeuwsch
stedeke blijven alleen de herinneringen
2n bedolven puinhoopen over.
De wallen van de nadien aangelegde
vesting, eigenlijk een bastion het hui-
iige dorpscentrum zijn zoo goed als
afgegraven en bebouwd en de straten
klimmen er langzaam tegen op.
Zie in het Noordelijk deel van het dorp
den hoogen wal, den molenberg zeg
gen de inwoners vanwaar 't typische
Ned. Herv. kerkje en de molen neer-
blikken op de gedempte gracht waar nu
wat boomen groeien. Dit is het eenigste
deel, dat met veel moeiten 'n beeld van
een sterkte voor onzen geest oproept.
De zee, de oude erfvijand der lage lan
den bij de zee, bepaalde het lot der
stede. "Zij schonk voorspoed en geluk,
maar bewerkte ook den ondergang. De
dichte nevelen der grijze oudheid om
hullen het ontstaan van Biervliet, maar
men kan toch met zekerheid aannemen
dat het een meer dan duizendjarig ver
leden heeft daar het reeds op een kaart
van 861 voorkomt. Slechts weinige
Zeeuwsch-Vlaamsche plaatsen kunnen
op zulk een ouderdom bogen.
Oud-Biervliet lag meer Zuidwestelijk
aan de Vlaamsche Noordkust in een
moerassige streek zich uitstrekkend tot
aan Watervliet (VI.) en bekend als de
Philips van den Elzas geschonken, wa
ren de factoren voor de ontwikkeling
van Biervliet.
Het maakte deel uit van de 28 besloten
steden der Vlaamsche gewesten en was
weldra een machtige stad, een der be
langrijkste havens en centrum van be-
teekenis. In 1282 had het door de be
dijkingen van Jan van Namen weer
directe verbindingen over land, wat aan
de welvaart nog meer ten goede kwam.
De handel en visscherij namen een
groote vlucht, de ongekende bloei be
reikte zijn hoogtepunt in de 2e helft
der. 13e en le helft der 14e eeuw.
Prachtige geboysren getuigden van den
rijkdom en de macht der stede, in het
oude Noordelijk deel verhief de St. Ni-
colaaskerk haar ranke spits en in het
Zuidelijk prijkte de O.L.Vr. of Maria-
kerk, beide onder beheer der Gentsche
St. Baaf. Er waren meerdere markten,
in 't centrum stond het fraaie Schepen
huis en ook bezat Biervliet nog twee
kloosters en een hospitaal. Ter verde
diging hadden de Graven van Vlaande
ren een sterk kasteel gesticht.
In dien tijd behoorden Zeeuwsch Vlaan
deren, onder den naam Rijks Vlaande
ren, en Noord- en Zuid Beveland, als
mede Walcheren tot 't Vlaamsche leen.
Dit gaf nog al eens strubbelingen met
de Graven van Holland, die ook aan
spraak wilden maken op de eilanden,
herhaalde botsingen bleven derhalve
niet uit.
Graaf Gui van Dampierre. ontbood in
1290 na de ontzetting van Z'ierikzee door
de Hollanders, zijn schoonzoon Flores
V, naar Biervliet en ng.m hem hier ge
vangen.
Het verdrag van Biervliet stelde zware
eischen aan Flores V, noodgedwongen
willigde hij deze in, maar na zijn vrij
lating voldeed hij er echter toch niet
aan. en stelde tevens de beloofde leen-
hulde aan Vlaanderen voor Zeeland Be-
Waterlanden. Talrijke geulen, kreken en wester Schelde telkens uit.
NADERE TOELICHTING
Wij hebben een ingezonden stuk opge
nomen van den heer G. Kooy Azn. over
het optreden van „groeibont" en het af
keuren op grond daArvan. De heer Kooy
is van meening, dat de gevolgen van
het „groeibont" voor de nateelt niet zeer
groot zijn en bepleit op grond daarvan
een soepeler regeling, wat de keuring
betreft, omdat velen dit. jaar gedupeerd
werden door het strenge optreden van
den N.A.K. in deze.
Deze kwestie is niet zoo eenvoudig als
zij lijkt en het lijkt ons goed ook de
meening van den N.A.K. over deze
kwestie te publiceeren. De N.A.K. heeft
n.l. steekhoudende argumenten om het
strenge optreden tegen „groeibont" te
motiveeren. Wat toch is het geval?
Men kan na een regenperiode of bij
nieuwen groei in de toppen van de aard
appelplanten vaak een lichte verkleuring
van het blad waarnemen. Deze ver
kleuring kan men niet als een ziekte
verschijnsel beschouwen. Het is alleen
een gevolg van de uitwendige omstan
digheden en als zoodanig voor de nateelt
van de planten van geen beteekenis.
Dit echte groeibont wordt echter ge
makkelijk verward met het optreden
stroomen doorsneden het gebied en één
hiervan, de al vroeg vermelde Elmare,
mondde ten N. v. Biervliet in de Honte
uit. Een andere zijtak der Honte, de
Beverne, liep ten Óósten der stede, die
naar dit water, oorspronkelijk Beverne-
vliet of Beverbliet heette. De talrijke
beruchte overstroomingen die in de 11e
en 12e eeuw deze gewesten teisterden,
scheurden Biervliet en omgeving los van
den vasten wal en zoo'ontstond 'n eiland
van denzelfden naam met Hugovliet als
tweede plaats. Ten O. van Biervliet
was het eiland Boterzande met een ge
lijknamige parochie, een afzonderlek
deel der Vier Ambachten, gelegen.
De gunstige ligging alsmede de vele ver
leende voorrechten o.m. die van tolvrij
heid voor geheel Vlaanderen in 1138 door
Een jaar later noemde hij zich alweer
Graaf van Zeeland, waaróp de Zeeuw-
sche edelen onder leiding van Jan van
Renesse in opstand kwamen. In 1293
werd tusschen Flores V en Jan van
Renesse 'n aan den Koning van Frank
rijk onderworpen overeenkomst geslo
ten, waarbij als borg enkele gijzelaars
op het kasteel te Biervliet moesten ver
blijven. De smaad van Biervliet werd
tenslotte in 1295 bij verschillende bloe
dige veldslagen gewroken.
Biervliet dankt zijn beroemdheid en de
toenmalige beteekenis mede aan Willem
Beukelszoon, den uitvinder van het ha
ringkaken. In het begin der 14de eeuw-
vormde de stad het centrum der ha-
ringvisscherij, naast de andere takken
van visscherij. een der oudste bronnen
van bestaan d>
Holland en V
Wanneer Will
het haringkak»
zekerheid vasc
gin der 14e
periode de h
bloei kwam.
totalen ommel
kende mogelij!
Na tijden van
baar de neerg
een natuurwe
hierin een voo
lang goedguns
toonde zich r
en wachtte d»
te slaan. Der
verbrak zij de
het land tot d
tien dorpen v<
den smallen si
de Braakman
zelf werd ev<
alleen het No»
den en evena
weer op een
van een wijd
laag water os
De eene ramp
1383 en 1385 1
Gentenaren d>
vloeden riehtt
Nimmer kwan
de slagen te
zich nog wat,
met de welva
daan.
In 1488 verded
der Vlaminge
de benden var
rijk, die zich a
trekken. Bier
den Tachtigje
rijk strategis»
Reeds in Gras
tergeuzen de i
feheel Staats
leef Biervliei
als .deel van
Biervliet raak
der in verval
teekende het
voltrokken. "V
trotsche have
de vervallen
huisjes in de
teel en het
lagen in puin.
ne prieel vs
vruchtbare v
een moerassig
Door de finar
de uitgestrekl
den de State
de in Bouchz
slechts aan di
een bastion a
van zeer licht tot licht-bont tengevolge
van de aantasting door X rirus. Hier
hebben we inderdaad met een ziekte
aantasting te maken.
Het groeibont, veroorzaakt door veel
regen en/of nieuwen groei, trekt na en
kele dagen weer weg, terwijl het lichte
bont, veroorzaakt door het X virus, na
eenigen tijd wel minder duidelijk zicht
baar wordt, maar toch nog steeds te
herkennen blijft, mede door het alge-
heele aanzien van de plant, en door het
blijvend optreden van licht mozaïek op
In den nazomer en herfst hooren we de
meeste klachten over longworm bij het
jong.ee. De dieren worden mager, dor
in het haar, willen niet groeien en als
voornaamste symptoom geldt wel een
bijzondere slrjmopgevende hoest.
Een groote uitbreiding kan de ziekte
vooral krijgen in regenrijke zomers. De
larven van de longwormen kunnen zien
namelijk alleen ontwikkelen in een
vochtige omgeving, speciaal dus op laag
gelegen, vochtige weilanden, maar in
natte zomers ook wel op hooggelegen
stukken land.
De longworm zelf is een draaddun
wormpje van 4 tot 8 c.m. lang, dat leeft
in de groote en kleinere bronchiën van
de long. Door de prikkeling ontstaat
een bronchitis, zoodat de dieren gaan
hoesten. Tevens leggen de wormen daar
eieren. Deze worden opgelost met het
slijm, ingeslikt en verlaten met den mest
het lichaam. Op vochtig gras ontstaan
nu via eenige ontwikkelingsstadia be
smettelijke larven. Deze worden door het
jonge dier opgenomen met het natte
gras, doorboren den darmwand en komen
tenslotte via de bloedbaan in de haar
vaatjes van de longen terecht. Hier
wroeten ze zich in en gaan groeien.
Nu hindert een enkel wormpje niet,
maar komen er steeds meer, ook door
dat het aangetaste kalf zelf met zijn
mest weer nieuw gras besmet en op
neemt, dan gaat het er op den duur
sterk onder lijden. Uit een goedaardige
brochitis gaat zich een slepenle long
ontsteking ontwikkelen.
Vertoont het dier reeds vermagering,
dan is het kwaad al geschied en kan
men aUeen trachten door krachtige voe
ding het de noodige weerstandskrachten
te geven. Ook inspuitingen door den
dierenarts willen nog wel eens helpen.
Het eerste parool
is echter alle kansen op herbesmetting
van den aangetasten koppel te voorko
men, want juist de laatste druppels
doen den emmer overloopen.
Het beste is de dieren onmiddellijk op
te stallen, droog te voeren en ze liefst
heelemaal niet meer buiten te laten.
Met krachtige voeding kunnen ze er dan
wel bovenop komen, al duurt het soms
maanden, voordat ze weer in den groei
zijn.
Ook het opstallen van de slechts licht
of niet zichtbaar aangetaste kalveren
is noodzakelijk.
Ook den stal dient men vanzelfsprekend
droog te houden. Een nat kalverhok,
waarin de dieren eventueel op den bodem
gevallen hooi opnemen, blijft besmet
tingsgevaar opleveren. Slechts in een
droge omgeving kunnen de larven uit
den mest niet gevaarlijk worden.
Is dit praktisch niet uitvoerbaar dan kan
men ook den kalveren een nachthok met
uitloop geven en ze bijvoeren met hooi,
mits de uitloop droog is. Men kan ook
gras bijvoeren. Dit moet echter beslist
droog gemaaid en gegeven worden. Al
deze dingen brengen heel wat extra
we; k mee, dat echter de moeite wel
loont.
In ieder geval kan men een verdere
uitbreiding en verergering van de long
wormziekte tegen gaan.
Beter is het niet achter de feiten aan
te komen, maar reeds eerder maatre
gelen te treffen Deze bestaan hoofd
zakelijk uit het wegwerken van natte
moerassige plekken in weilanden.
Drainage of andere verbeterde afwate
ring geeft soms goed succes. Ook den
kalveren in het land geregeld drinken
bij te geven is uitstekend, vooral om
dat men daardoor tegen gaat dat ze
aan de vochtige slootkanten en drink-
kuilen komen waar het besmettingsge
vaar het grootst is.
de bladeren, die in de schaduw groeien.
Het is in het geheel niet vreemd, dat
men het echte groeibont niet kan on
derscheiden van een X virus-aantasting
en dat men op grond daarvan veronder
stelt met het ongevaarlijke groeibont
te maken te hebben.
Waarom wordt nu door den Keurings
dienst zoo scherp gelet op het voorko
men van het X virus? Oppervlakkig be
schouwd is daar geenreden voor, want
het X virus op -zichzelf zal de opbrengst
van een aardappelgewas practisch ge
sproken, wel niet benadeelen. Het ge
vaar van het X virus ligt echter in de
combinatie van X virus en andere vira.
Wordt een X virus-plant besmet door
A virus (dat een schadelijk mozaiek doet
optreden), dan zullen in de nateelt veel
krinkelachtige planton kunnen voorko
men.
Door het X virus wordt een besmetting
met A virus voor de aardappelen veel
gevaarlijker.
En daar het gebleken is, dat X virus
bij Eigenheimers en Bintjes en ook an
dere rassen veel meer voorkomt dan
oppervlakig beschouwd gedacht wordt
is de N.A.K. gedwongen, op grond van
van de hiervoor genoemde gevaarlijke
bijkomstigheid van het X virus, scherp
op het optreden van dit virus te keuren.
In de practijk wordt een X virus-aan
tasting vaak „groeibont" genoemd en
dit groeibont wordt dan bij de keuring
zwaar gestraft.
Dat men daarbij wel eens meent, ten
onrechte gestraft te zijn, daar het echte
groeibont niet gevaarlijk is, kan natuur
lijk voorkomen. In dat geval zal een her
keuring op zijn plaats kunnen zijn. Maar
men moet er wel van overtuigd zijn, dat
het werkelijke X virus door zijn gevaar
lijke werking bij besmetting door andere
vïra een streng optreden wettigt.
Op de onderstaande data dient U
goed te letten:
5 September: Paardentaxatiemarkt
te IJzendyke.
6 September: Paardentaxatiemarkt
te Oostburg.
12 September: Paardentaxatiemarkt
te Goes.
15 September: Paardentaxatiemarkt
te Middelburg.
23 September: Laatste dag voor het
inleveren van zegels met opdruk 1,
2 en 3 voor stikstof en kali bij den
kandelaar.
26 September: Paardentaxatiemarkt
te Hulst.
27 September: Paardentaxatiemarkt
te Axel.
De toe
grond
gezaaii
grootei
dan d<
Het
wys 2
varen
meente
plaats
avondi
Woens
dagmi<
wordei
Knollei
bescho
gaans
opbren
gewas:
Kunsti
lucern»
gras i
voer,
het k
vervan
kort j
In 1
men ui
monsti
opzenc
Bedrij
voor C
Drof.
te Gre
Petküf
gaf o\
te Rh»
opbrei
ringst»
slecht';
op g
land
van fl
wensc
door
dert.
Door
tenkui
wordt
ge
tegen
kever
zoovet