- 6 -
BIETDEKKEN.
Opgetekend door mevrouw M. Verkruijsse-Herrebout te
Groede, uit de mond van de rietdekker Adrde Gardeyn,
oud 82 jaar
X. Werktijden omstreeks 1920.
IIMateriaal
a. Hollands rietuit de buurt van Lage Zwaluwe en
PapendrechtDit was riet zonder blad, in de winter
gesneden. Lengte 34 a 4 m.
b. Dekboom. Dit is een dikke ronde balk, een spar, die
in de dekhaken gelegd werd ora over te lopen om niet
door het dak te zakken bij het dekken. Vi/as ongeveer
4 mlang
cBarroeDit zijn buigbare pezen, die horizontaal
over het riet komen te liggen om het op zijn plaats
te houden, ongeveer 4-5 cm van elkaar.
Dekwissen(Widowissen of Hollandse dekwissen). Dit
zijn heel dunne wissen, die rondom de daklatten ge
kruld werden en aan de barroe werden vastgemaakt om
de rietlaag vast te houden.
IIIGereedschap
o4.oo - 07.00
07.30 - 12.00
13.00 - 16.00
16.30 - 18.00
18.30 - 20.00
a. Dekhaken.
de
\)^r-scherpe punt
Met de punt werden een aantal haken op enige afstand
van elkaar achter de latten van het dak vastgehaakt.
In die dekhaken werd dan de dekboom gelegd.