2 - BESTUURSMEDEDELING VERANTWOORDING Eén der punten van het werkprogramma, dat in januari 1965 door de Werkgroep Historie en Archeologie werd uitgestippeld, was het organiseren van cursussen ter bevordering van de locale geschiedbeoefening. In de winter van 1968 werd dit plan verwezenlijkt. Dank zij een nauwe samenwerking tussen de -Stichting Zeeuwse Volksuni versiteit en de Werkgroep kon de Leergang Ontwikkeling van Zeeland in januari 1968 starten met een basiscursus in Middel burg, bedoeld voor de belangstellende leek, maar ook als uit gangspunt voor verdere zelfstudie. Het cursusrooster omvatte: Geschiedenis (overzicht en bronnen), Archeologie, Flora en Fauna, en Bouwkunde -en Monumentenzorg. De belangstelling was overweldigend: er moesten z-'es groepen worden gevormd, terwijl bovendien een wachtlijst werd aangelegd. Deze winter wordt de basiscursus, op de zelfde voet als boven, in drie grote plaatsen in Zeeland gegeven: te Oostburg, Mid delburg en Zierikzee. Bovendien kon de Leergang Ontwikkeling van Zeeland uitgebreid worden met drie lezingen-reeksen, nl. Flora en Fauna te Goes, Volkskunde te Middelburg en Schelde- stroom en Loodswezen te Vlissingen. Het succes van de Leergang is niet in de laatste plaats te danken aan het enthousiasme, waarmee de docenten hun taak ver vullen en aan de medewerking, die van vele "autoriteiten en in stellingen op zo ruime schaal werd verkregen. Toen in 1965 de heer C. Postma, de vorige archivaris van Zie rikzee, het idee opperde de samenstelling van een Zeeuwse Encyclopedie in studie te nemen, leek dit een zeer ambitieus plan. Toch werd alvast een werkschema opgesteld en verschil lende medewerkers leverden copij in, waarvan een gedeelte ver scheen in het 3e nummer van het Zeeuws Tijdschrift, jrg. 1966, dat geheel aan de toekomstige Encyclopedie was gewijd. In het laatste half jaar van 1968 hebben deze schetsmatige voorberei dingen een krachtig perspectief gekregen: Het Zeeuwsch Genoot-

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 1968 | | pagina 4