het boekje sprake is van 'Toornvliet'
in plaats van het algemeen ingebur
gerde Torenvliet of Toorenvliedtkan
boeiende momenten beleven tijdens
de lezing van Toornvliet en Staats
bosbeheer.
Jan Bruijns, 'Met veele voorregten
begunstigd'wandeling door de ge
schiedenis van Kortgene (Goes: De
Koperen Tuin, 1991). 142 biz., ills.,
bronnen- en lit. opg. ISBN 90 72
138 18X (ingenaaid); 90 72 138 171
(gebonden). Prijs resp. 24,90 en
45,-.
Een halve eeuw gelden werden Kort
gene, Colijnsplaat en Kats tot één
gemeente samengevoegd. Jan Bz-uijns
schreef naar aanleiding hiervan een
thematisch geordende geschiedenis
van de voormalige smalstad en omge
ving. 'Met veele voorregten begun-
stigd' (de titel is ontleend aan de
Notulen van het Plaatselijk Bestuur
van 29 dec. 1800) behandelt het ont
staan en de opkomst van Kortgene
tot hoofdplaats van Noord-Beveland,
waarbij de nadruk ligt op de jongste
geschiedenis: 'de tijd,' aldus de
flaptekst, 'van veerboten en beurt
schippers. Van meekrap en suiker
bieten, van armenzorg en werkver
schaffing, van kleine kruideniers
en grote boeren.'
Wat de 'veele voorregten' betreft:
die van Kortgene waren in de Franse
tijd bevreesd voor een mogelijke be
stuurlijke vereniging van heel Noord-
Beveland. Immers: Kortgene kon
naar een gewichtig verleden verwijzen,
dat rijk was aan begunstiging met privi
leges; het noemde zich dan ook con
sequent stad. Dat het (grotere) dorp
Wissenkerke tot hoofdplaats aangewe
zen kon worden was onverdraaglijk.
Bruijns' verhaal berust voor een
belangrijk deel op degelijk archiefon
derzoek, maar heeft alle kenmerken
van een soepel geschreven, journalis
tieke tekst. Steeds wordt de lezer
geconfronteerd met kleingeestige ri
valiteit: tussen 'stad' en 'dorp',
een verschil waarvan de nuances
vermoedelijk aan niemand buiten het
eiland duidelijk gemaakt konden wor
den; tussen behoudzuchtigen en voor-
uitstrevenden, en tussen 'goddelozen'
en 'farizeeërs'. Theologische scher
mutselingen en dansen in cafés: zie
daar de polen waartussen het Kort-
geense leven zich bewoog.
Bruijns vermeldt gevallen van soci
aal onrecht en grove uitbuiting: toen
bijv. in 1901 in de gemeenteraad
werd voorgesteld een 81-jarige gemeente
arbeider te ontslaan en hem een klein
pensioen te gunnen, vonden sommige
raadsleden dat onnodig omdat de
man zijn werk naar behoren veri'ichtte!
Naast voorbeelden van een dergelijke
barre mentaliteit is er in Kortgenes
jongste geschiedenis ook vooruitziend
heid en edelmoedigheid geweest.
De februariramp van 1953 was voor
de gemeente Kortgene nu eens geen
storm in een glas water. In de ramp
nacht sprong bij het falen van de
autoriteiten Jan de Looff in de bres,
een Kortgeens buitenbeentje zoals
elke gemeenschap ze kent. De non
conformist De Looff, omstreden we
gens vermeende collaboratie met de
Duitsers en een grillige levensloop,
speelde samen met zijn zonen en bu
ren o.a. door het eigenmachtig
plaatsen van vloeüpianken en het
luiden van de klokken een belang
rijke rol in de strijd tegen het wa
ter. Hij was uiteraard niet de enige
held van februari '53. Maar een be
dankje van het schromelijk in gebre
ke gebleven gemeentebestuur ontving
hij nooit.
Jan Bruijns schetst een boeiend beeld
van de van leven wemelende Kortgeense
microkosmos. De tekst is verlucht
met heel veel fraai ingekaderde oude
foto's en andere afbeeldingen. De
literatuuropgave had wel iets uit
gebreider gekund, en een register
op personen, polders e.d. was ook
nuttig geweest.
Peter Fraanje, De klederdrachten in
het Museum voor Zuid- en Noord-
Beveland (uitg. Ver. Vrienden van
het Museum voor Zuid- en Noord-
19