PETRUS DIELEMAN EN DE POLDERCONCENTRATIES
door
Y.J.A. Welings
Bij een uitreiking van een inventaris
is het gebruikelijk dat degene die de
inventaris samenstelt, iets vertelt
over de instelling, persoon dan wel
familie, die het archief heeft ge
vormd. Ook ik had u nu wat kunnen
vertellen over het ontstaan van de
Zeeuwse Waterschapsbond en de uit
gave "De Zeeuwsche Polder". Maar
alles wat daar over verteld zou kun
nen worden, is te lezen in de inven
taris, die ik straks ga uitreiken aan
de voorzitter van uw bond, de heer
Lantsheer. Ik wil daarom bij deze
gelegenheid wat meer aandacht be
steden aan de persoon van Petrus
Dieleman, de oprichter van de Zeeuw
se Waterschapsbond, en zijn visie op
het fenomeen polderconcentratie.
Petrus Dieleman (1873-1961), die in
1918 het initiatief nam tot de oprich
ting van de waterschapsbond, kan
met recht een markante persoonlijk
heid worden genoemd. Hij was
Zeeuws- Vlaming van geboorte,
protestant, studeerde rechten aan de
Vrije Universiteit te Amsterdam en de
Universiteit van Groningen. Na zijn
studie vestigde hij zich te Middelburg
als advocaat. Maar alras bekleedde hij
naast zijn baan als advocaat diverse
functies in het Zeeuwse politieke en
bestuurlijke leven, te weten: lid van
Provinciale, Gedeputeerde Staten,
waarnemend Commissaris van de Ko
ningin, deken van de orde van de
advocaten te Middelburg, plaatsver
vangend kantonrechter, voorzitter
van de Zeeuwse Landbouwmaatschappij
en van de Vereniging voor Handels
onderwijs te Middelburg, secretaris
van de Zuid-Nederlandse Stoomboot
maatschappij, bestuurslid van de
N.V. Haven te Vlissingen en van de
P.Z.E.M. en natuurlijk last but not
least voorzitter van de Zeeuwsche
polder- en Waterschapsbond. Ik denk
met deze opsomming beslist niet vol
ledig te zijn geweest. Dielemans
kracht lag dan ook in dat bestuurs-
leven. Volgens De Bree, de schrijver
van het boek Zeeland 1940-1945 deel
I, was Dieleman bezeten van het po
litieke spel, van het manoeuvreren,
marchanderen, balanceren en de tac
tiek van geven en nemen 1.
Een aantal van Dielemans idealen
vormt de basis voor zijn handelen in
genoemde bestuursfuncties. Zo achtte
hij het van groot belang dat er in
Zeeland een goede gas- en elektri
citeitsvoorziening tot stand kwam en
dat er een goed wegennet zou worden
aangelegd. Ten aanzien van polders
en waterschappen nam hij, vooral in
het begin van deze eeuw, een minder
heidsstandpunt in. Hij toonde zich
een voorstander van polderconcen
tratie, zijns inziens het antwoord om
efficient op te treden bij eventuele
stormvloeden in een tijd dat daarvoor
bij lange na geen politieke meerder
heid te vinden was.
De stormvloed van 12 maart 1906, die
vele dijkdoorbraken en overstromingen
veroorzaakte, vormde de aanleiding
voor een discussie in de vergadering
van Provinciale Staten over
polderconcentratie. Dieleman, toen lid
van Gedeputeerde Staten, nam tijdens
deze discussie een minder
heidsstandpunt in. In een afdelings
vergadering van Provinciale Staten
merkte Dieleman op "dat de ramp van
12 maart jl. heeft aangetoond, dat de
tegenwoordige indeeling van onze
Provincie in zoo vele kleine polders
en poldertjes ondoelmatig gebleken is,
vooral in gevallen van gevaar, en dat
het wenschelijk ware al die polders en
poldertjes op te ruimen en daarvoor
groote waterschappen in de plaats te
1 7