gebruik gemaakt van nitraatcellulose
Nitraatfilm is onderworpen aan een
niet te stoppen afbraakproces, waar
bij gassen vrijkomen.
Experts gaan ervan uit dat tegen
het jaar 2000 al het nitraatmateriaal
vergaan zal zijn. Voor die tijd zullen
alle nitraatfilms op acetaatfiim over
gezet moeten worden. Per film komt
dit op duizenden tot tienduizenden
guldens. Op dit moment zijn uit de
inventarisatie 4 waardevolle Zeeuwse
films bekend. Omdat de middelen
ontbreken om tot echte conservering
over te gaan wordt gekozen voor
het onderbrengen van de originelen
bij de RVD en het maken van een
kopie op video voor vertoning.
Acetaat en polyester
Zwart/wit-acetaat- en polyesterfilm
zijn, wanneer bewaard onder de juiste
omstandigheden, zeer lang houdbaar.
De klimatologische omstandigheden
in de kluis van de Zeeuwse Biblio
theek (constante temperatuur 17 gra
den Celsius, relatieve vochtigheid
50 zijn voor deze films niet opti
maal, maar wel acceptabel. Hetzelfde
geldt voor de depots van de meeste
archiefdiensten in Zeeland.
Kleurenfilms zijn veel kwetsbaarder
en moeten bij voorkeur op 7 graden
Celsius bewaard worden. Alleen de
RVD en het Nederlands Filmmuseum
hebben een dergelijke kluis.
De achteruitgang van het materiaal
is echter minder alarmerend dan bij
de nitraatfilms, zodat voor de kleu
renfilms niet gelijk aktie ondernomen
hoeft te worden.
Video
Hoewel men van mening verschilt over
de termijn waarop videobanden ver
gaan zijn de deskundigen het erover
eens dat video niet geschikt is voor
archiveringsdoeleinden
De problemen met video zijn:
- risico van wissen;
- doorprinteffect (lekken naar de vol
gende laag)
- demagnetisering door te hoge span
ning in de banden;
- lagen tape die aan elkaar plakken
door te hoge temperatuur.
Zelfs voor de allerbeste kwaliteit
videobanden wordt maar een levensduur
van enkele tientallen jaren gegaran
deerd. De meest logische oplossing
is het overzetten van video naar film.
Systemen die video-filmtransfer verge
makkelijken en financieel aantrekke
lijk maken, zijn in de maak.
Voor al het materiaal geldt dat voor
optimale conservering een 35 mm zwart
witnegatief gewenst is. Voor vertoning
moeten 16 mm kopieën of videocassettes
gemaakt worden. De praktijk is dat
de meeste archieven zich uit finan
ciële overwegingen genoodzaakt zien
te kiezen voor een minder optimale
oplossing: archivering op 16 mm ne
gatief.
Bovenstaande geeft slechts in het
kort weer wat er allemaal bij conser
vering van films komt kijken. Op dit
moment bestaat er nog geen inzicht
in de staat van het Zeeuws Filmar
chief. Een plan van aanpak voor
conservering kan dan ook nog niet
gemaakt worden. Het is de bedoeling
dit onderdeel na de inventarisatie
verder uit te werken.
Presentatie
Wanneer de films geïnventariseerd
zijn, is het materiaal inhoudelijk
ontsloten. Daarmee is het niet ge
bruiksklaar. Eerst zullen de films
op toegankelijk materiaal overgezet
moeten worden, zodat ze echt vertoond
kunnen worden en de originelen behou
den blijven voor het nageslacht.
De vele verzoeken van allerlei instan
ties en particulieren om films te ver
tonen dwingen tot een antwoord.
De vraag wat je aan inventarisatie
hebt als je de films niet kunt laten
zien wordt terecht gesteld.
Toch is het noodzakelijk wat terug
houdend te reageren op vragen om
vertoning. Een kopie verstrekken
op een videoband van een veelge
bruikt systeem zal er al snel toe
leiden dat er veel kopieën in omloop
komen. Beter lijkt het om uit te gaan
35