van Unmensch en Uebermensch (Nietz
sche) als vorst die in bovennatuur
lijk contact stond met een toekomst-
verklarende 'Rode man', als eenzaam
Titaan en mystiek beschermheer van
het nationaliteitsbeginsel - of als het
Beest uit Openbaringen. In Frankrijk
ontstond in de decennia na zijn ver
scheiden (1821) een ware 'nostalgie
napoléonienne'met het konterfeitsel
van de wereldheerser op de gebruike
lijke èn de vreemdste voorwerpen:
prenten, serviesgoed, bretels, das
sen, pijpen, bestek.
Nederland
De afschuw voor de Franse bezetter
was in Nederland minder groot en
algemeen dan nationalistische historie
schrijvers en romanciers wel eens
hebben willen doen geloven. Pas in
het voorjaar van 1813, toen het na
het Russisch debacle definitief berg
afwaarts leek te gaan met het kei
zerrijk, toonde Nederland enige weer
stand, voorafgaande incidentele on
lusten daargelaten. Het verzet tegen
het Franse bestuur vóór dit jaar was
microscopisch en grotendeels van een
indirect, cultureel karakter. Het ging
uit van enkele geïsoleerde letterkun
digen, die de lof zongen van oudva-
derlandse helden die Fransen en Brit
ten de wet hadden voorgeschreven
in plaats van andersom. Zij waren
de vertegenwoordigers van de moder
ne nationale gedachte, die ze op ty
pisch romantische wijze retrospectief
en reactionair presenteerden. Adriaan
Loosjes en J.F. Helmers waren wel
de bekendsten uit deze groep van
'brallende nationale poëten'zoals
H.P.H. Jansen ze denigrerend maar
plastisch heeft getypeerd.'®
De in het annexatiedecreet van okto
ber 1810 vastgelegde conscriptie, ten
uitvoer gelegd vanaf februari 1811,
ondervond afgezien van enkele inci
denten ook al weinig verzet, hoewel
de meerderheid van de ruim 30.000
tussen 1811 en 1813 gerecruteerde
Nederlanders sneuvelde; van de Ne
derlandse deelnemers aan de tocht
naar Rusland (1812) keerde zelfs maar
Na het Vlissingse bombardement (1809). Gezicht in de Wolstraat; tekge
wassen in O.l. inkt door J.H. Koekoek (1809).
5