MOSEt 6
UllKx'
liutnMik (ruk
\&d
RHINE
MiilrrsutlItW^c
iUlUöis$iHjs
Ti«
MITCHELL
(Olio)
•arntli
[ISON
Aikido
LYNDON
[Sher^
I QtMW
OTT
ClMrCfrovt
Silver Cruk
-Mi liL-i'SH»
biutónilJK-
CrUoMo
in
(jtVbsiulle
HüUi>ui
Kaart van Sheboygan County in
Wisconsinaan de andere kant
van Lake Michigan; rechtsonder
op de kaart is Holland
Township met Oostburg en
Cedar Grove.
ook daar het leven hard was. Als je in Nederland bronnen van bestaan had. hoefde je niet te
emigreren. In Amerika trouwde Adriaan met de dochter van een Walcherse emigrant, De Nood, ook
een slager. Zij stichtten een gezin maar bleven ook met hun kinderen thuis Nederlands spreken.
Toen de zoon van Adriaan in de jaren zeventig zijn tante in Veere bezocht, konden zij in het
Nederlands goed gesprekken voeren. De zoon nam de oude brieven, die zijn vader destijds naar
diens broer in Veere had gestuurd, als kostbaar bezit mee naar Amerika. Ook de kleinzoon van
Adriaan sprak Nederlands.
Door de opkomende mechanisering in de landbouw en door de industrialisatie in deze periode van
de geschiedenis gingen groepen mensen op zoek naar andere middelen van bestaan en gingen om
die reden verhuizen. Lang niet alle emigranten emigreerden vanuit hun geboorteplaats naar
Amerika; 62 procent van de Walcherse emigranten was eerst vanuit de geboorteplaats op het
platteland naar Vlissingen of Middelburg verhuisd. Hier vond men werk als knecht in de industrie
(Vlissingen, De Schelde) of handel (Middelburg, regionale marktfunctie). De broers Leijnse vonden
werk in de landbouw, maar de emigranten uit de provinciesteden emigreerden voornamelijk naar de
Amerikaanse industriesteden Grand Rapids, Paterson, Kalamazoo en Rochester, waar al veel
Nederlanders waren neergestreken.
Voortrekkers en volgers
Net als de broers Leijnse hadden de meeste emigranten al contacten in Amerika. Familieleden, die
eerder vertrokken waren, konden in de stad van bestemming tevoren zorgen voor werk en onderdak.
Men noemt dit kettingmigratie. Vaak ook reisden vaders van huisgezinnen eerst naar Amerika,
waarna echtgenote en kinderen volgden. Soms pas na enkele jaren. Ook meisjes volgden vaak hun
vriend/verloofde naar Amerika. Maria Leijnse volgde in 1914 haar verloofde Bart en zij trouwden
43
