EXTERNE CONTACTEN
Anne Free van de Zande-Vleugels Schutter*
'Dink terom: de Zêêuwsche Veréénigink
mot je nooit bie 't vuule hoed hooie!'
De hoofdinhoud van de nummers van Nehalennia en voor 1964 het Vereenigingnieuws gedurende
al die jaren was de uitwerking van de vragenlijsten die via het secretariaat binnen kwamen. Het
betrof voornamelijk de woorden en uitdrukkingen die een plaats zouden krijgen in het grote
Woordenboek en later, toen dit uitgegeven was, in het Supplement en in de regioboeken. Naar
aanleiding van die gegevens kwamen er veel nuttige reacties binnen van trouwe leden van de
Vereeniging voor Dialectonderzoek.
Propaganda voor de vereniging
Toch had het Bestuur het gevoel dat er bij een groot deel van de bevolking van Zeeland nog
onbekendheid heerste ten aanzien van het bestaan en de werkzaamheden van de Zeeuwsche
Vereeniging voor Dialectonderzoek. Er was wel waardering voor het Zeeuws als dialect maar
verder ging de echte belangstelling niet. Er werd dus bedacht dat er meer aan 'public relations'
gedaan moest worden. Aan diverse leden werd gevraagd hieraan mee te werken door verhalen te
schrijven of voor te dragen, het declameren van gedichten en vooral ook het zingen in de streektaal!
Dit alles bijvoorbeeld als omlijsting van middagen voor o.a. bejaarden, heemkundige kringen,
serviceclubs, schoolkinderen etc. Een plaats zou tijdens deze bijeenkomsten ingeruimd worden voor
één van de bestuursleden die iets over de Vereeniging en haar werk zou vertellen. In diverse regio's
werden ook 'streektaalgroepen' opgericht die op hun beurt middagen of avonden verzorgden waar
aan de streektaal aandacht werd besteed; tevens werden daar vaak ook bijdragen geleverd aan de
vragenlijsten, die via het secretariaat van de Vereeniging aanvullingen werden voor het Supplement
en de regioboeken.
En op zekere oudejaarsavond ging Omroep Zeeland Radio van start! Al heel snel werden er
dialectsprekers uitgenodigd om programma's te vullen: ook een bestuurslid van de Zeeuwsche
Vereeniging kreeg een vaste rubriek. Verder waren er journalisten bij iedere dialectmanifestatie.
Uitgaven
In de loop van een aantal jaren werden een aantal regioboeken uitgegeven; als op één na laatste
verscheen Dialect op Goeree-Overflakkee. Onder grote belangstelling werd het eerste exemplaar in
1988 aangeboden aan burgemeester Van Velzen.
Het regioboek van Schouwen-Duiveland liet tien jaar op zich wachten. Deze lange wachttijd
ontstond door ziekte en overlijden van de eerste auteur dr. A. de Vin. Maar tenslotte werd temidden
van een aantal dialectliefhebbers op het eind van 1998 het eerste boek aangeboden aan Mw. De Vin-
Kruit. Spijtig dat dr. De Vin dit hoogtepunt in het Stadhuis van Zierikzee niet meer mocht beleven.
Inmiddels ging het verzamelen en verwerken van de woorden voor het Supplement gestaag verder.
Een probleem voor de bewerking van dit Supplement was het ontbreken van financiën. Om hierin
te voorzien werd besloten tot het in het leven roepen van een stichting genaamd 'De Zeeuwse
Taele', welke als voornaamste doel had het aantrekken van sponsors. Hoewel dit in het begin wat
moeizaam ging, bleken na verloop van tijd toch steeds meer instellingen op cultureel, economisch
en politiek gebied het belang van het Zeeuws dialect en vooral van het behoud hiervan als cultureel
erfgoed in te zien. Ook de Provincie Zeeland heeft een niet onbelangrijke bijdrage geleverd,
waardoor het mogelijk werd tot uitgave van het Supplement op het Woordenboek der Zeeuwse
41