VLAAMS IN ZEEUWS-VLAANDEREN George Will 'Zijn de dialecten van Zeeuws-Vlaanderen van oorspong Zeeuws of Vlaams?' is de vraag die in gesprekken met dialectsprekers regelmatig aan de orde komt. Dezelfde vraag stond centraal in het onderzoek dat ik sinds 1989 heb gedaan bij de dialecten van 39 plaatsen in Zeeuws-Vlaanderen en dat in mei j.l. is afgerond. De aandacht was daarbij gericht op de grammatica van deze dialecten, omdat hierover nog weinig gepubliceerd is en hierin het langst de oorspronkelijke dialectkenmerken aangetroffen zouden kunnen worden.1 In dit artikel wil ik een drietal syntactische verschijnselen aan de orde stellen die aangeven dat er een nadrukkelijke verwantschap is tussen de dialecten van Zeeuws-Vlaanderen en die van Vlaanderen. 1. Doorbreking van de werkwoordelijke eindgroep Onder het begrip werkwoordelijke eindgroep verstaan we de groep werkwoorden die aan het eind van de zin staan, bijvoorbeeld in dat hij zijn huis zal laten schilderen. In het Standaardnederlands worden tussen deze werkwoorden normaal gesproken geen niet-werkwoorden gezet. Gebeurt dit toch, zoals in de zin Ook de Amsterdamse hond moet kunnen buiten spelen, dan spreekt men van doorbreking van de werkwoordelijke eindgroep. Dat deze doorbreking ook in de Nederlandse dialecten niet vaak voorkomt, blijkt uit het kaartbeeld (Vanacker 1964: 162) dat RND-zin 53 Zijn vader heeft hem zes jaar (lang) laten naar school gaan oplevert: de twee plaatsen waar deze doorbreking in Nederland aangetroffen wordt, zijn Oostburg en Eede.2 In het aan Zeeuws- Vlaanderen grenzende Vlaamse gebied blijkt doorbreking van de eindgroep in het westen aanmerkelijk vaker voor te komen dan in het Waasland. Nu is het niet zo dat doorbreking in het noorden van het Nederlandse taalgebied nooit voorkomt. De doorbreking echter met het tweede deel van voornaamwoordelijke bijwoorden als erin en ermee wordt wel als exclusief Vlaams gezien. Vandaar dat ik met name daar onderzoek naar gedaan heb bij de analyse van de Zeeuws-Vlaamse dialecten. De mate van doorbreking daarbij blijkt ten westen heeft hem 6 jaar (lang) laten naar school gaan (Vanacker). Kaart 1: RND 53. Zijn vader 39

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2004 | | pagina 41