Noten
1. Bruijn, J.R., 'Een bestuurlijk wangedrocht en zijn voordelen voor historisch onderzoek', in: Nehalennia afl. 65, 1987,
5-17, p. 5 en 6.
2. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten. Het admiralengeslacht Evertsen, 1550-1750 (Vlissingen 2003).
3. Bruijn, J.C., A.C. Meijer en A.P. van Vliet, Marinekapiteins uit de achttiende eeuw: een Zeeuws elftal (Den
Haag/Middelburg 2000), 9-16. Van Vliet wenst hier nog eens nadrukkelijk het 'wangedrochtelijke' van dit Zeeuwse
bestuurscollege te noemen.
4. Poelhekke, J.J., Frederik Hendrik, Prins van Oranje (Zutphen 1978), 460.
5. Door hedendaagse historici wordt vaak het begrip 'hiërarchie' aangedragen als excuus voor voornoemde aanstellingen
en handhaving van onbekwame admiralen.
6. Deursen, A.Th. van, Maurits van Nassau. De winnaar die faalde (Amsterdam 2000), 94 en 95.
7. Ibidem, 223 en 224. De ongehuwde Prins Maurits had bij vele minnaressen in totaal acht kinderen.
8. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten, 17-68.
9. Deursen, van. A.Th., Maurits van Nassau, p. 95; Elias, J.E., Schetsen uit de geschiedenis van ons zeewezen, ('s-
Gravenhage 1916) deel 1, 68 e.v. Ook in Holland komen we in de admiraalsstaf de voormalige watergeuzen Lumey,
Treslong en jonker Jan van Duivenvoorde, Heer van Warmont tegen, later weer opgevolgd door jonker Jacob van
Wassenaar, heer van Obdam. Zo ook jonker Frederik van Dorp, kapitein bij de Watergeuzen, vader van de omstreden
luitenant-admiraal van Holland en Zeeland jonker Philips van Dorp.
10. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten, 153-155; Poelhekke, J.J. Frederik Hendrik, 457-464; Bruijn, J.R., Varend
verleden, 60-62.
11. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten, 158-163, 168, 173-175, 183-189, 191-208, 210-217 e.v.
12. Prud'homme van Reine, R.B., Schittering en schandaal. Biografie van Michiel Adriaanszoon de Ruyter
(Amsterdam/Antwerpen 1996), p. 152. Admiraal Zilvervloot. Biografie van Piet Hein (Amsterdam/Antwerpen 2003), p.
211. Zo zijn er in zijn boeken meerdere historische verzinsels, die zich door geen bron laten ondersteunen. Deze
opmerkingen over de geschriften van Prud'homme staan los van mijn reacties op zijn onbekookte aaneenrijgingen van
lasterlijke misvattingen over mijn proefschrift Twee eeuwen varen en vechten. Een waardig weerwoord wacht hem nog.
13. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten199-205.
14. Ibidem, p. 127-248.
15. Roos, Doeke, Twee eeuwen varen en vechten, 205, 210-212, 233-235, 242-246, 424-426. Gaarne wil ik in een van de
volgende nummers van dit blad wat ruimere aandacht besteden aan deze 'onvolprezen' Hollander Johan de Witt.
9