Aflevering 162 winter 2008 vliedbergbouwers kennis hadden van de omtrek van de aarde.Als dat geen wetenschap is, weet ik het ook niet meer... Tot besluit nog een illustratieve bevestiging van de aandacht voor de mensen achter de theorieën in deze bijdrage. We zien op bijgaand prentje enkele schetsende topografen op een vliedberg, vergezeld door belangstellende dames. Het is een product van Cornelis Pronk, die in de jaren veertig van de achttiende eeuw een enorme bijdrage leverde aan de artistieke topografie van Zeeland. Hier tekent hij de Berg van Troje te Borssele. Wat is nu de onbedoelde les van Pronks plaatje? Hoe geavanceerd ons instrumentarium en ons begrippenapparaat ook is: kijken naar het verleden kan alleen door onze eigen tijdgebonden kijker, met ons hoogst eigen perspectief. Zoals dit plaatje uit 1743 ons toont kijken we daarbij vooral ook naar onszelf, en dat blijft een onuitputtelijk studieterrein. Jan J.B. Kuipers is verbonden aan de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland, werkveld archeologie, en actief als freelance auteur. Noten 1. Geciteerd in: André Klukhuhn, De geschiedenis van het denken. Filosofie, wetenschapkunst en cultuur van de oudheid tot nu (zesde dr., Amsterdam 2006), 306. 2. Martin Koomen, Het koninkrijk van de nacht. Over dwergen, elfen en andere geesten van aarde, lucht, wateren vuur (Amsterdam 1975), 87-91. 3. Viewing www.theghosthunter.nl/duivelsberg.htm op 6 juli 2007. 4. W.B. Kristensen, 'De rijkdom der aarde in mythe en cultus' (1942), in: id., Godsdiensten in de oude wereld (Utrecht/Antwerpen 19662), 291-314 (300). 5. Bron dagboek Van Lennep: Robert van Heeringen, Marjo Montforts, 'Het beheer van het Zeeuwse berglandschap', Nieuwsbrief RACM 2(2007)nr. 3, 14-15. 6. A. Rethaan Macaré, 'Eene heidensche offerplaats op Walcheren', Archief Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1859, 84-96. 7. J. ab Utrecht Dresselhuis, 'Oude Godenleer en Hedendaagsche Volksgebruiken', Zeeuwsche Volksalmanak 1837. Zie over de offerhoogtentheorie ook Jan J.B. Kuipers, 'Vliedbergen als offerhoogten. De theorieën van een 19dc-eeuwse Zeeuwse dominee', Spiegel Historiael 25(1990)9, 401-405. 8. Geciteerd in: R.M. van Heeringen, 'Archeologisch onderzoek van de Duivelsberg te Kapelle, Zuid-Beveland', Historisch jaarboek voor Zuid- en Noord-Beveland 12, 1986, 117-125. 9 J. de Kanter Phzn en J. ab Utrecht Dresselhuis, De provincie Zeeland (Middelburg 1824). 10. Themaweek 4. De vliedberg; Verslag van het veldwerk PABO 2 rondom de vliedberg 26-28 augustus 1985 (Middelburg 1985), 4. 11. J.C. de Man, 'Vluchtbergen in Walcheren, waarvan in 1887 nog overblijfselen waren te vinden', Archief Zeeuwsch Genootschap 1888, 427-591 en id., 'De vluchtbergen in Schouwen, de Bevelanden en Tholen', Archief Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1897, 1-142. 12. J. Vader, 'Walchers volksgeloof', Neerlands Volksleven 13(1963)201-220. 13. Jacob van Lennep, Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst (1838-1844; Leiden ca. 1886). 14. Zie bijv.: Mellie Uyldert, Van harte. Een bundeling van artikelen uit het tijdschrift Onkruid ter gelegenheid van haar 75e verjaardag (Utrecht/Antwerpen 1983), 62-68; De Man (1897, 78) noemt, alvorens de trojaconnectie te denunciëren, ook de 'tooverachtige of symbolische betekenis' die men aan de naam 'Trooje' toeschreef. 15. 'Phoeniciërs of inka's bouwden onze vliedbergen en wel volgens een geometrisch stelsel', De Bevelander 37 (1985) nrs. 41 en 42 (resp. 2 en 9 oktober).

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 25