58 Aflevering 162 winter 2008 druppel water aan te pas komt: 'Nattigheid voelen, Gods water over Gods akker laten lopen'. Als we over 'waeter' spreken, bedoelen we ook vaak de Watersnoodramp, Engel zingt daar een aangrijpend lied over: zijn bijna- jarige vriendinnetje, waar hij ai zakdoekjes voor had gekocht, komt om in die vloed. Nog steeds heeft hij een zakdoek nodig, als het weer 1 februari is. Mevrouw Thea de Bruine-de Smet uit Zeeuws-Vlaanderen vertelt de mythe van de schipper en d'n ond, in het dialect van Axel. Een prachtig verhaal over een schip dat vergaat, de schipper overleeft de ramp met een sprekende 'ond'. Uiteindelijk komt alles goed door toedoen van de 'ond'. Uiteindelijk blijkt het dier een mens te zijn, die zijn leven 'misprutst' had. Nu kan de jongeman zijn vader opvolgen. Het tweede optreden van Anja Kopmels, die zichzelf met gitaar begeleidt, brengt ons liedjes over: meeuwen, Zeeuwse mossels, hornet pellen in Erremeu en de onthulling van een monument op Colijn. Ze besluit met een laatste vraag (willen jullie je rommel opruimen? namens het 'duunkenien'. De dag wordt afgesloten met het uitspreken van enkele dankwoorden en het zingen van het Zeeuwse volkslied. Aan het eind van deze gezellige, geslaagde dag is er nog tijd voor een drankje. Elly en Ton van Kooten, Zierikzee

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 60