Aflevering 162 winter 2008 5 waarneming gedurende een jaar of tien van de vliedberg bij Couddorpe. Deze vliedberg kenmerkt zich door een inmiddels zeer gevarieerde, zelfs uitbundig te noemen begroeiing. Misschien vanuit natuuroogpunt een goede zaak, maar minder voor de vliedberg zelf, als cultuurhistorisch monument. Interessant om te zien bij deze vliedberg is tevens de mate waarin hij door het ploegen, eggen en andere vormen van grondbewerking een steeds steiler talud krijgt. Je krijgt echt de indruk dat de akkerbouwer de vliedberg vooral als een uitdaging voor zijn vaardigheden op de trekker ziet: hoe ver kan ik gaan? Ook dat is niet echt bevorderlijk voor het behoud van de berg. Couddorpe is welbeschouwd niet zo'n goed voorbeeld van de dynamiek van het erfgoed zoals we die graag zien. De inzet voor deze middag is het opstellen van een agenda voor de toekomst van de 'bergen'. Die agenda zal ongetwijfeld bestaan uit een mix van behouds- en publieksmaatregelen. Het lijkt me, dat dan ook iets gedaan zou moeten worden met het gegeven dat de bergen in de afgelopen eeuwen talloze functies zijn toegedicht - offerhoogten, begraafplaatsen, woonplaatsen, vliedbergen, stelbergen en kasteelbergen - maar dat één van die functies in de publieke beleving prevaleert: de vliedberg. Geheel ten onrechte, althans vanuit wetenschappelijk oogpunt en geredeneerd vanuit hun oorspronkelijke functie. Ik spreek hier over de publieke beleving, maar die krijgt soms voeding vanuit onverdachte en onverwachte hoek. Op de website van de nationale landschappen luiden de openingszinnen voor Zuidwest Zeeland namelijk als volgt: "De duinen, dijken en de kreekrestanten van West Zeeuws- Vlaanderen, de Zak van Zuid-Beveland en Walcheren zijn tekenend voor het Luctor en Emergo dat hier sinds de vroegste bewoning heeft gegolden. Nu eens won de zee, dan weer konden dijkenbouwers een nieuwe polder aan het land toevoegen. Vliedbergen [en nu komt het, WS] boden het vee en hun hoeders een veilige plaats bij overstromingen". Dit gegeven, bergen vooral als vliedbergen en met alle mystificatie daaromheen, moet toch kunnen leiden tot bijzondere en aansprekende maatregelen. Kijk maar: de vliedbergen zijn geen vliedbergen. Voldoende nu voor wat betreft de opening. Ik wens u allen een zeer inspirerende bijeenkomst toe. Aan de sprekers zal het niet liggen. En ook niet aan de dagvoorzitter voor vanmiddag. Er was eigenlijk maar één goede dagvoorzitter denkbaar en dat is Rob van der Zwaag. Burgemeester van de gemeente Veere, de gemeente met de meeste vliedbergen. Maar ook historicus van opleiding en voorzitter van Het Zeeuwse Gezicht, de stichting die opereert op het snijvlak van architectuur, stedenbouw en landschap. Ik geef graag het woord aan Rob van der Zwaag. Drs. Wim H.P. Scholten is directeur van de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland.

Tijdschriftenbank Zeeland

Nehalennia | 2008 | | pagina 7