BEGAAFD MAAR BESCHEIDEN! 9 Vier Molukse jongens in de klassieke line-up van de popgroep: twee gita ren, bas, drums. Dan verwacht je min of meer een lichtvoetige mix van jazz, funk en latin door spekt met wat rhythm blues. Dat kennen we immèrs nog van vroeger: Massada, en (om dichter bij huis te blijven) Zapata of Navarro. Maar vroeger is niet meer! Matipa slaat al bij de eerste maten dat verwachtingspatroon in gruzelementen. Een frisse wind waait over de Zeeuwse podia die Mati pa aandeed. Drummer Alvin Manuhuwa (net 17 geworden) vertelt dat Matipa zijn ontstaan te danken heeft aan de "Zeeuwse Belofte". Samen met zijn oom Njonky Manuhuwa en Benno Titi heru (beiden gitarist) was hij nog maar net begonnen met wat jammen. "We misten nog een bassist, dus we hebben aan Fanny (Giovanni Patty) gevraagd of hij ons uit de brand wil de helpen. Hij vond het prima. Daarmee hadden we een band! We zijn toen maar gewoon elkaar gaan verkennen, en vanaf dat moment bruisten de ideeën naar boven. De aanmelding voor de "Belofte" was het punt waarop we tegen elkaar zeiden: nu wordt het seri eus. We gaan er tegen aan." We treffen Alvin, Benno en Njonky thuis bij de manager van Matipa, Jim Pentury. Het vierde band lid, Giovanni ("Fanny") heeft verplichtingen bij een andere werkgever: de band van Earthquake Roodie die een afspraakje heeft op het Vlissingse Straatfestival. Jim - de bescheidenheid zelve- heeft wat moeite met de managers-rol ("Ik vind dat zo'n groot woord") maar zijn jarenlange kontakten met Rudy de Queljoe komen goed van pas in de begeleiding van Matipa. "Ik vind het 't allerbelang rijkst dat deze jongens nu samen doorgaan. Daar wil ik vooral aan bijdragen, ik geloof in de mogelijkhe den die ze hebben." Wonderboy Drummer Alvin is in augustus pas 17 gewor den, maar ervaren muzi kanten die hem aan het werk zien, erkennen het talent dat in hem schuilt. Zijn superstrakke drum- werk dwingt alom bewon dering af en samen met bassist Fanny Patty zet hij een van de sterkere rit- mesekties in de Zeeuwse popmuziek neer. De tan dem Manuhuwa-Patty tekent voor de ongewoon energieke power-rock waarmee Matipa het Zeeu wse publiek verwent. Ondanks een ernstige visuele handicap is Alvin muzikaal zeer begaafd: naast drums bespeelt hij de piano en de gitaar. Benno: "Ik herinner me nog wel dat hij als jochie van vier jaar al achter een drumstel kroop, een prachtig gezicht, met die bekkens vér boven zijn hoofd. Maar spelen...! Het komt ook heel goed van pas dat hij die andere inst rumenten beheerst. In een repetitie zegt-ie: 'geef me je gitaar 'ns even', en dan speelt hij me iets voor zoals hij het in zijn hoofd had." Zijn handicap stelt Alvin wel voor problemen. "Voor een optreden moet ik eerst achter mijn drumstel gaan zitten om me te oriënteren, ik tast om me heen, voel waar alles staat. Ik zie wel iets, maar er moet genoeg licht zijn. Daarom was het op treden tijdens de "Belofte" in Goes voor mij moeilijk: het was achterin zo don ker. En bovendien had ik mijn eigen drumstel niet." Molukse identiteit Voor Matipa (geen Maleis woord overigens, maar gewoon de samentrekking van de achternamen) is hun Molukse achtergrond niet echt een item.Een vergelijking met een band als Living Colour is snel getrokken, maar gaat niet helemaal op. Living Colour maakt een "state ment" als hardrockband bestaande uit zwarte musi ci. Benno Titiheru zegt echter: "We willen niet in de eerste plaats als Molukse band naar voren komen. We zijn een rock groep, bestaande uit Molukkers. Hoor je het verschil?" De keuze voor de power- rock die ze brengen, was niet echt beredeneerd. "We gingen repeteren, we zetten een groove in en klak, het geluid was er. We voelen ons er lekker in," aldus Benno. Overi gens zijn bands als Living Colour of the Red Hot Chili Peppers wel leveranciers van inspiratie en voorbeel den. Maar, zegt Njonky: "bijna alles is terug te voe ren op de grote leermees ter, Jimi Hendrix. Hendrix is de inspirator geweest voor heel veel Molukse muzikanten, ook voor ons." Matipa is dan ook niet gelijk te stellen met heavy-metal. Dat is toch allemaal te voorspelbaar, zeggen de bandleden in koor. De crossover met funky, jazzy ritmes maakt de muziek van Matipa juist zo lekker, spannend om te spelen. Toch geeft het de bandle den een "goed gevoel" dat er weer Molukse muzi kanten terug aan het front zijn. Het is heel lang stil geweest; te lang. Njonky: "Als je op een zomer avond door de Molukse wijk loopt, hoor je overal mensen gitaar .spelen. Maar wel binnen. Muziek wordt de mensen uit de Molukken met de paplepel ingegoten: ontel bare bandjes, vaak gele genheidsformaties, luiste ren bruiloften, wijkfeesten of zelfs kerkdiensten op. foto: Bert van Leerdam Ook voor alle leden van Matipa was dit de muzika le leerschool. Njonky Manuhuwa filosofeert ver der: "Molukse mensen zijn bescheiden. De muzi kanten houden hun talent misschien teveel voor zichzelf, ze komen er niet mee naar buiten. De eigen gemeenschap, de Wijk, beschermt je natuurlijk wel. Wanneer een band uit de Molukken de stap naar "Hollandse" podia zet, dan is er een gevoelsmatige barrière." Opeens blijkt dan de integratie in de Nederlandse samenleving weer een begrip met vele facetten te zijn. Fanatiek "Er zou iemand moeten zijn, een goed voorbeeld, die de Molukse muzi kanten meetrekt," peinst Njonky. Maar op de vraag of Matipa dan niet dat voorbeeld kan leveren, reageert iedereen afhou dend. "Zo hoog denken we niet van onszelf. We hebben nog niet zoveel bereikt." Alweer: die bescheidenheid. De band is zich ervan bewust dat dit hen ook op het podium parten speelt. Zij kennen de reactie: "ontzettend goeie muziek, maar geen act, het beweegt niet." Benno geeft toe: "we zijn nu een maal geen expressieve bühne-figuren. Als ik op treed, ben ik bezig met mijn gitaar. Ik zou mezelf belachelijk maken in mijn ogen als ik heen en weer zou rennen over de sta ge." De aanwezigheid van het publiek was, zeker in het begin, een rem. Want Alvin merkt op: je zou ons eens moeten zien als we oefenen! Dan zijn we net beesten, we gaan er hele maal in op." Njonky vindt bovendien de podium-act op de tweede plaats komen. "Eerst moet het muzikaal helemaal o.k. zijn, het moet staan. Dan komt de rest." Fanatiek oefenen, jezelf geven voor de band, dat is nu voor allevier het credo. Alvin geeft volop uiting aan zijn enthousiasme: "De Zeeuwse Belofte was voor ons een echte eye- opener. We kwamen voor het eerst met de band naar buiten, zoiets is ook heel goed voor je omdat je ook zoveel andere muzi kanten ontmoet. We heb ben ons daarvoor 200 ingezet, een volle week gerepeteerd. Op de avond van de voorronde was Giovanni ziek: hij stond met koorts op het podium. Maar toch: spe len! "We staan met z'n vieren achter de band zoals-ie nu is. Het komt er nu opaan, bij elkaar te blijven, door te groeien. Het geeft een ontzettende kick om vanuit ieders verschillende achtergrond^ iets geza menlijks te maken wat zo goed klikt. Er is bij ons ook niemand de baas." Manager Jim Pentury staat het helder voor ogen: Matipa moet door. "Veel jonge bands sterven te vlug. Maar de tijd moet juist je bondgenoot zijn. Ik wil de jongens stimuleren om door te gaan op de weg die ze zijn ingesla gen." Benno Titiheru slaagt er, na enig aandringen, in om eendevies te formuleren dat Matipa wil uitdragen: "We willen proberen een voorbeeld te zijn voor al die anderen die wel wat in huis hebben, maar er nog niets mee doen." Het lijkt ons, dat dat voor beeld er al staat voor wie het zien wil. Hubert Leeman. IVTATIPA

Tijdschriftenbank Zeeland

Noot | 1992 | | pagina 5