List en bedrog in deE Zeeuwse huizenhandel (9 Over het straffeloos verbergen van ernstige gebreken itiz'.iié iuu; 'Bij de eerste regenbui bolde een van de zachtboardplaten aan het keukenplafondlangzaam begon er water op de vloer te druppelen'. De traumatische ervaring van iemand, die een idyllisch huisje op het Zeeuwse platteland kocht. Jaarlijks worden honderden van die leuke plattelandswoningen in Zeeland gekocht. Blind van verliefdheid, schaffen velen een huis aan van de (gezamelijke) spaarcenten. Verborgen gebreken ontsnappen aan hun aandacht. Als later de vloerbalken rot blijken, het dak als een mandje gaat lekken of de fundering verzakt, wordt een lang gekoesterde droom van de ene dag op de andere een nachtmerrie. Verschillende organisaties, die de belangen van huizenkopers behartigen, hebben bij de minister van Justitie een wensenpakket met ingrijpende voorstellen op tafel gelegd. Verkopers zouden wettelijk verplicht moe ten worden om verborgen gebreken aan te wijzen; het verzwijgen ervan moet conse quenties hebben en de koper moet vijf dagen bedenktijd krijgen. De Zeeuwse huizenhandel, waarin men nog steeds rijk kan worden door list en bedrog, is niet onverdeeld enthousiast. Maar als ergens wordt aangetoond, dat er strengere regels nodig zijn, dan wel in diezelfde Zeeuwse huizenhandel. De zachte klanten Mensen, die al jaren dromen van een eigen huisje in de polder zijn voor sommige handelaren geliefde slachtoffers. Vooral als ze uit de Randstad komen en veel hogere prijzen gewend zijn dan in Zeeland. Kopen is vaak meer een emotioneel dan een zakelijk gebeuren. En ach, wat heb je te vrezen van een man, die zichzelf 'bemidde laar' noemt en een 'makelaardij' heeft? Dat die namen niets te maken hebben met een beëdigd makelaar, blijkt meestal pas later. Voorlopig tuinen ze in de veelbelovende advertenties, die wekelijks niet alleen de regionale, maar ook de landelijke bladen sieren. En eenmaal geconfronteerd met het - soms haastig opgeverfd- pandje, is er van het vragen van een bedenktijd geen sprake meer; er bestaat ineens geen ander huis meer. En als dan de handelaar voorspelt, dat 'dit buitenkansje morgen aan uw neus voorbij is gegaan', dan teken je dat koopkontrakt en je ziet niet eens, dat je er zo ook akkoord mee gaat, dat de verkoper niet aansprakelijk kan worden gesteld voor (alle!) verborgen gebreken. En, zijn er wèl bedenkingen, dan verzekert de 'bemiddelaar' met de hand op het hart (soms ook op de bijbel) dat hij van gebreken absoluut niets weet en dat het hier alleen maar gaat om een standaardvoorwaarde, die in ieder koopkontrakt is opgenomen. Het is slechts bedoeld om hem te beschermen tegen procedures, die op onredelijke gronden tegen hèm gevoerd kunnen worden en die hem het werken in feite onmogelijk makenPlotseling lijkt hijzelf het potentiële slachtoffer. 'V ver denkt mij toch niet van oneerzame praktij ken?', zo voegt hij er met enige pathos aan toe. En verloren zijn de kopers. Ze tekenen en vieren nog dezelfde avond feest omdat hun droom werkelijkheid is geworden: een eigen huisje in de Zeeuwse polder. Een bewoner uit de Zak van Zuid-Beveland weet er alles van. 'We kochten in de zomer. Het zag er zo idyllisch uit. In een uur was de beslissing genomen: hier willen we wonen! We kwamen uit de Randstad en het leek ongelofelijk goedkoop. Later bleek het geen spotprijsje, maar naar plaatselijke begrippen zelfs wat aan de hoge kant. Maar dat was het ergste niet. Bij de eerste regenbui bolde een van de zachtboardplaten aan het keukenpla fond: langzaam druppelde het water op de vloer. Er bleek een bel regenwater op te liggen. Toen we het plafond openbraken, troffen we balken die plaatselijk zo zacht waren als papier. Het had er vele jaren gelekt en de 'makelaardij' had alleen de plaat eronder vernieuwd. Pure verdoezeling dus. Zo waren ook kozijnen gerepareerd met stopverf: een likje grondverf verborg de ellende eronder. We hadden geïnformeerd naar de goten -deze zouden prima zijn- en er zelf ook even naar gekeken. Pas later bleek er in het zink een flink stel gaten te zitten ter grootte van een rijksdaalder. De electriciteit was goedgekeurd, werkelijk een wonder. De handelaar had het 'opknapwerk' laten uitvoeren door een kleine aannemer, die dringend om werk verlegen zat. Deze zei later, te hebben gedaan waar hij opdracht toe had gekregen: het huis voor zo min mogelijk geld er zo aardig mogelijk uit laten zien. Wat kon hij meer voor zo weinig geld? De handelaar zelf zei van de 'stopverfprak tijken' niets te weten. 'Dat die man mij zo verkeerd begrepen heeft, snap ik niet. Het is dus zijn verantwoordelijkheid en je moet niet bij mij zijn. Dat het niet om incidenten gaat, blijkt uit het bestaan van vele verhalen van en over

Tijdschriftenbank Zeeland

Nieuw Zeeland | 1986 | | pagina 8