RD 4 1%,- i 14 ONS ZEELAND GEKLEEDE MIDDAGROBE No. 196. Groene crêpe celimène is de stof waaruit deze japon gemaakt is en die men overigens goed zal doen niet zelf voor uitvoering ter hand te nemen, tenzij men volleerde naaister is. Toch moeten we even wijzen op de typische inzetsels aan het einde der mouwen en de fraaie drapeering van het lijfje, WINTERHOEDJE. Als gij erg groot zijt, lezeres, groot van hoofd vooral, ach, dan moet gij dit aardige modelletje maar niet tot het uwe kiezen. Een klein, wat tenger vrouwtje, een soort Jozefine Baker- type, zal zooiets beter staan. Het moet, om een succes te zijn, volmaakt vast om het hoofd sluiten. Zwart vilt met een lint-garneering van zwart panne, zijn de materialen waaruit het gemaakt is en een groot ornament van marcasite op de rechterzijde, dient als glanspunt dezer élégante creatie. BOODSCHAPPENTASCH. De verschillende vormen en uitvoe ringen, welke men voor boodschappentasschen heeft, neemt met den dag toe. We staan meer en meer verbaasd over de élegance, die men weet te brengen aan een zoo nuttig en bij uitstek practisch artikel. Ze zijn onmisbaar geworden In dezen tijd, waarin het dienstboden-probleem nog altijd een kwestie van zorg en moeilijkheden is, heeft de huisvrouw veelal geen andere hulp dan die van een werkvrouw voor het ruwe werk en is zij verplicht de dagelijksch terugkomende bezigheden voor het huisgezin zelf te verrichten. Onder deze bezigheden valt ook het boodschappen doen. Des morgens gaat 't jong-getrouwde vrouwtje er op uit om haar dagelijksche inkoopen te doen. Ze wil liefst alle benoodigde bood schappen inééns meebrengen, zoodat ze maar één maal behoeft uit te gaan om voor den geheelen dag klaar te zijn. Natuurlijk wil mevrouwtje", dat zich overigens volstrekt niet geneert om pakjes te dragen, toch een comfortabele en practische tasch mede- nemen, welke echter een gekleed cachet draagt. Ik geloof, dat, juist omdat iedereen zulke tasschen bezit, men geprik- keld wordt steeds een variatie te zoeken, om te zorgen, dat onze tasch zich van de groote massa onderscheidt. Dikwijls zit het maar in een kleinigheid, want eenvoud moet voor een bepaalde boodschappentasch steeds betracht worden, anders gaat het idee te zeer gelijken op de algemeen bekende vioolkist, waarin aardappelen werden gehaald. De tasch mag geenszins te luxieus zijn, wanneer deze in hoofdzaak voor gewone huishoudelijke boodschappen wordt gebruikt. Dient ze voor de middag-wandeling, waarop kleine pakjes worden meegenomen, die te talrijk zouden zijn voor het gewone handtaschje, dan mag de uitvoering zoo luxieus zijn als men maar wil. Zijden broderie, kralen- versiering, metaalgarneering, alles wat maar bijdraagt tot meerdere élegance, is gewild. De boodschappentasch draagt echter een ander karakter. Ik wil U een idee geven voor het maken van zulk een tasch. Het model wat ik op het oog heb, is er een van raffia, met een kartonnen bodem. Die grondvorm is ovaal, daarin worden gaatjes geprikt, daar de kartonnen vorm geheel fiiet raffia wordt bewerkt. Men kan draden van verschillende kleuren raffia gebruiken voor het patroon, dat b.v. uit zes driehoeken kan bestaan, drie aan iederen kant. Het hengsel kan van gevlochten of tot een boord gedraaide raffia gemaakt worden en van binnen kan de tasch met satinet gevoerd worden. Beide kanten van de tasch hebben dezelfde versiering. Wie wat fantasie heeft, maakt zulk een tasch tot een juweeltje ERICA.

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1928 | | pagina 14