Panko vun ouncm Pe Baron KALZAN CHOCOLADE-EN BON BON FABRIEKEN NIJMEGEN ONZE VERVOLG ROMAN 22 Kalkgebrek verspert U den weg tot stralende Gezondheid, want kalkgebrek is de oorzaak van vele zwakteverschijnselen bij kinderen en volwassenen. Kalzan, het bekende doeltreffende kalkvoedsel, -versterkt Uw bloed, spieren, beendergestel en gebit. Kalzan verhoogt Uw algemeen weer standsvermogen tegen ziekte. - Jonge en verwachtende moeders vinden in Kalzan fiet aangewezen middel voor het behoud harer gezondheid, terwijl ook baby^er-den goeden invloed van ondervindt. Voortreffelijk is Kalzan ook voor ouderen van dagen. In elke verpakking vindt U een aanvraagkaart voor onze kostelooze brochures. hel kalkhoudende versierkingspreparaai. In poeder- en tableivorm. In die flensjes zit zeker een boterrantsoen.... Daar moet U een heele week toch mee doen! Bijna geen boter bevatten ze, zeg! Met PANKO doe ik dat eenvoudig-weg! PANKO is het product, dat een uitkomst is voor alle gezinnen met kinderen. U bakt er zonder eieren en melk heerlijke, luchtige pannekoeken van, die niet vastbakken. Neem bij voorkeur een ijzeren koekepan - flink heet. Vraagt Uw winkelier ook ROER-OM, het prachtige bakpoeder om zonder eieren, melk of boter, heerlijke cake en gebak te maken. Deventer PEJA-producten KORTE INHOUD VAN HET VOORAFGAANDE: Han Rooding, een jong cn energiek journa list. van een plaatselijk dagblad, bemerkt dat. in een leegstaande villa achter zijn buis nieuwe bewoners zijn gekomen, maar tegelijkertijd heeft, hi.j ontdekt, dat hij een schattig en alleraardigst buurmeisje heeft gekregen, dat. Adri heet! Op denzelfden middag dat Han deze ontdekking doet, ontmoeten twee oude vrienden elkaar, die vroeger samen op school en in dienst zijn geweest het. zijn de heeren Rooding, een groot aannemer, en Lantema, directeur van de Industriebank, de respectieve vaders van Han en Adri. Han vindt het meisje erg sympathiek en maakt al spoedig kennis met haar. Rooding wil een complex huizen bouwen, waarvoor hij een groot bouwcrediet moet hebben, dat hij van Lantoma wil zien te krijgen. Om hierin te slagen lijkt hom 'n nauwere verbintenis tusschen Han en Adri gewenscht.. Han is over dit. voorstel van z'n vader heftig verontwaardigd en tracht Adri in den vervolge te ontloopon. De plannen van do beide vaders zijn nu ook Adri bekend. Rooding heeft een stuk grond op het, oog, dat hij van Nelis van Stiel, een vroegeren vriend uit den diensttijd, wil koopen. Lantema hoort. Rooding of) slinksclic wijze uit en vernoemt, dat aan het land veel geld te verdienen ishij maakt misbruik van vertrouwen en koopt, zonder Rooding hierin te kennen, den grond. Han is inmiddels op kamers gaan wonen. Zijn directie heeft, hem tot reizend journalist benoemd, welk heuglijk feit hii met Adri's vriendin. Els Poorters, gaat vieren. Ten gevolge van een dijkbreuk loopt de goheele Oosterpolder onder water, waaronder ook de grond, welken Lantema van Van Stiel aangekocht heeft, valt. Adri gaat met haar vader naar de plaats des onheils en draagt zorg voor de vluchtende kinderen. Als Rooding verneemt, dat. Lantema hem be drogen heeft, ontstaat er tusschen de vrienden een heftige ruzie. Han hoeft Adri de minder waardige praktijken van haar vader voor de voeten geslingerd; hij solliciteert naar een betrekking in Batavia. Lantema ziet in, dat hij onjuist gehandeld heeft; hij wil met Rooding en Van Stiel alles in orde brengen. Nu kunt u verder lezen. Lantema zette de handrem aan en opende het portier. Toen hij met zijn eenen voet in het gras en met den anderen op de treeplank stond, bleef hij een seconde roerloos, alsof hij luisterde. En toen, plotseling, draaide het por tier snel om zijn scharnierpennen, als een deur, die door tocht met geweld wordt dichtgeklapt. Maar tusschen dat portier en den stijl was Lantema! Hij kreeg liet tegen zijn schouder, sloeg zijn handen uit, en viel, met zijn hoofd tegen het stuurrad. Het portier veerde terug, en hij gleed met zijn voet van de plank, rolde neer in het gras, en bleef liggen. Mevrouw Lantema gaf een gil, en schoof over de bank naar het open portier, maar liet stuur zat haar in den weg. Zij stapte aan den anderen kant uit, en liep achter den wagen om, naar haar man. „Willem!" riep zij. Er kwam geen antwoord. Hij bewoog zich niet. Zij knielde naast hem neer, in het natte gras, en boog zich over hem heen, maar zag geen kleur, enkef vorm en trekken van liet bekende gezicht; en dat hij zijn oogen dicht had. Voorzichtig raakte ze zijn hoofd aan, en zijn lippen, maar zij voelde geen bloed. „Willem! Hoor je me?" Niets. Angst greep haar aan; dat hij dood was, of zoo ernstig gewond, dat hij nooit meer bij zou konien. Radeloos stond ze op, en wezenloos keek ze rond. Zij dwong zich tot. bezinning. Er moest hulp komen. een dokter. hij kon alleen erger worden, als hij zoo lag. nog ziek ook Zij ging terug den wagen in, knipte de koplichten aan zooveel wist, zij wel van auto's en ging er vóór staan, om hulp te vragen, als er iemand pas seerde. Bijna onmiddellijk kwam er een auto aan. Er zaten een heer en een dame in. Vlug, zenuwachtig vertelde zij, wat er gebeurd was. „Vreemd geval," zei de heer. „Zou er hier ergens telefoon zijn?" „Misschien op den dijk," zei de dame. „Ik zal een dokter opbellen," beloofde <le heer. „Kan ik u verder nog helpen? We hebben geen haast." „Ik weet niet.. zei mevrouw Lantema. „We zouden liier iemand bezoeken. maar er schijnt niemand thuis te zijn; en ik weet niet, of mijn man. ik kan niet rijden. „We komen nog wel even terug," zei de heer. „Eerst een dokter." De wagen reed weg. Mevrouw Lante ma keek naar het huis en naar den weg. Zij zag of hoorde niemand. Toen ging zij op de treeplank zitten, naast haar man. Zij dorst hem niet meer aan te raken, vóór de dokter er was. Zij trilde van angst,, en had geen heerschappij over de gedachten, die door haar hersenen joegen, woelden. Het beeld kwam voor haar op van den jon gen man, dien zij jaren geleden had lief gekregen, omdat hij schrander was en fier, zoo beheerscht en toch zoo hartelijk, en sterk van wil en levens drang, al was hij klein. Ze had hem nóg lief, en ze kon hem niet missen, al waren ontgoochelingen niet zeldzaam geweest in haar huwelijksleven. Er kwamen geen verwijten in haar op ze nam hem niet kwalijk, dat hij zoo vaak ha Ar wil had genegeerd, om den zijnen door te drij ven; en dat hij, van zijn dagen, haar zoo dikwijls slechts den kommer had gegund om zijn werk en de vermoeidheid nd zijn werk, en van zijn wezen de bewolkte zijden. Maar zij had wel het gevoel, dat zij veel had gemist in haar leven niet hem, en dat er nog een tijd moest volgen, waarin al dat gemis werd goedgemaakt. Werd die kans haar nu afgesneden? Was zijn leven, hun leven, uit? Bleef zij alleen - want al heeft een vrouw een dochter, zonder den man, dien zij liefhad, is zij tóch alleen met haar tekort, dat nooit meer aangevuld kon worden? Willem, zon ze willen zeggen Willem, wat hébben we aan al dien rompslomp. wat is er van belang, behalve ons leven met en voor elkaar? Ik heb je lief, zooals ik je tóén liefhad, en doe nu je oogen open, en zeg me, dat ik nog 't. meiske van tóén voor je ben. en als we elkaar zoo terug hebben gevonden, laat het dan zoo blijven al moest het in armoede zijn! Het kon en mócht niet uit zijn. er moest nog een stuk leven volgen, voor hen samen van blij en innig samen leven, zónder beslommeringen en mis verstand en koele jacht op geld en deftigheidDat was het recht van haar hart, en van hun liefde. Zijn recht ook! En daar sloeg dan de vrees overheen, dat vreemde krachten en rampen geen erbarmen en geen recht kennendat het tóch uit was dood Het werd geleidelijk druk op den stillen, donkeren weg. Eerst kwam er een man van den kant van den dijk, op een fiets; hij stapte af, én liet het licht van een groote electrisehe lantaarn in het gezicht van den verongelukte schij nen. Mevrouw Lantema zag, dat haar man lijkbleek was, cn geen spier bewoog maar bloed zag zij niet. Enja, hij ademde!

Tijdschriftenbank Zeeland

Ons Zeeland / Zeeuwsche editie | 1941 | | pagina 22