32 SPUIJE 115
Reconstructie van middeleeuwse dijken
Het is opvallend dat voornamelijk langs de
noordkust, langs de Oosterschelde, dijkresten
90 jaar inundatie hebben overleefd. Terwijl aan
de zuidkust, langs de Zandkreek, vrijwel alles
is weggespoeld. Er is een klein restje dijkstaal
bij Cortgene (Kortgene) op de kaart uit 1620
aangegeven. De noordelijke dijken van het
voormalige eiland ondervonden waarschijnlijk
bescherming van het eiland Orisant, dat tot
midden van de zeventiende eeuw voor de kust
in de Oosterschelde lag. Hierop bevond zich
Op basis van de informatie uit het verlan-
dingsproces en de bodemprofielen kunnen we
vaststellen dat de in 1593 en 1596 ingemeten
dijkresten de juiste loop van de laatste mid
deleeuwse dijken aangegeven. Het zich onder
dijken bevindende veen werd beschermd door
het daarop rustende dijklichaam waardoor het
niet door het zeewater werd weggeslagen. Een
bijzonder dijkrestant op de kaarten bevond zich
ten noordwesten van het huidige Colijnplaat.
Hier lag een dijkrestant ver buiten de veengrens.
Waarschijnlijk op een opgevuld deel van het
voormalige Faal. Misschien heeft hier net als bij
Kamperland en Kats tegen de oude ringdijk een
jongere inpoldering plaatsgevonden. Maar daar
over is niets terug te vinden in de schriftelijke
bronnen. Tijdens de bedijking van de huidige
Oud-Noord-Bevelandpolder is dit oude dijkres-
tant in de nieuwe polderdijk opgenomen.
een beschermde duinenrij (zie afbeelding 6).
De zuidelijke dijken zijn mogelijk ten prooi
gevallen aan de uitbreiding van de Zandkreek.
Afb. 6. Oude dijkstalen bij Vliete, Weele en Campen in 1620. Kaartfragment met het noorden naar
boven gedraaid. (Uit: Bos en Bosch 2017,174.)
hogere schorcomplexen aangegeven. In het
oostelijk deel lag een groot schorcomplex
waarop de Oud-Noord-Bevelandpolder en de
Nieuw-Noord-Bevelandpolder zijn bedijkt.
Centraal een schorcomplex waar de verdronken
plaatsen Vliete en Weele lagen. Het derde,
meest westelijke schorcomplex ligt onder de
Kamperlandpolder. De huidige polderdijken
lopen vrijwel parallel aan de begrenzingen van
deze schorcomplexen.