SPUIJE 115 41
Afb. 5. Ad Beenhakker met een aantal leden van
de Heemkundige Kring tijdens een fietstocht,
rond 2007. (Foto 5 en 6 Heemkundige Kring De
Bevelanden.)
HKDB-bestuurslid
Hoe kijkt Ad terug op al die jaren als bestuurslid?
Ik was de opvolger van Izaac Ovaa. Een man
voor wie ik veel bewondering koester en die
met ere moet worden genoemd. Hij had alleen
lagere school maar had zichzelf enorm ontwik
keld. Izaac was landmeter en bodemkundige
maar wist ook alles over de landbouw. En hij
kon er zo mooi over vertellen. Ik heb te maken
gehad met vier verschillende voorzitters en heb
heel wat bestuursleden zien komen en gaan.
Al die tijd was de sfeer goed en dat is ook de
reden dat ik er steeds plezier in heb gehad. Er
was een grote continuïteit in het bestuur. In die
eerste jaren ging het er nog formeel aan toe, we
noemden elkaar meneer en mevrouw. Vooral
in de beginjaren was er een heel nauwe band
tussen het bestuur van de Heemkundige Kring
en het archief. Dat is nu wat minder. Ik stam nog
uit de tijd dat je zo het depot in kon lopen. In de
studiezaal trof je mensen als professor C. Dekker,
een 'god' in het archief! Met een kop koffie en
A. en C. Beenhakker, leden van het eerste uur
De Heemkundige Kring de Bevelanden werd
in 1975 opgericht op initiatief van de toenma
lige burgermeester Huber en de toenmalige
gemeentearchivaris Abelmann. Dat was natuur
lijk een gouden zet! Wie wil er geen lid worden
van een vereniging die door een burgemeester is
opgericht! A. en C. Beenhakker waren leden van
het eerste uur. Er wordt altijd gezegd: dat heb je
zeker van je vader! Het is omgekeerd. Mijn vader
heeft het van mij. Ik heb hem aangestoken. Mijn
vader was eerst timmerman en werd na het
behalen van enkele aktes leraar op de ambachts
school. Pas na zijn vijfenzestigste is hij gaan foto
graferen, ontwikkelde zich tot molendeskundige,
dook in de genealogie en was een groot kenner
van de Kloetingse geschiedenis. Misschien heeft
C. Beenhakker wel meer in de Spuije geschreven
dan ik! Mijn vader voelde zich helemaal thuis in
de Kring.
En natuurlijk de liefde voor het verhaal. Ik ben
er fier op dat ik over elk dorp in Zeeland een
verhaal kan vertellen. Dat was ook de boodschap
aan het eind van zijn afscheidsspeech bij de
Heemkundige Kring: Blijf het verhaal vertellen.
En zo zijn we dan toch uitgekomen bij de
Heemkundige Kring.
een sigaar in de hand. Dat is tegenwoordig
ondenkbaar.
Welke ontwikkelingen heeft Ad in de HKDB
gezien? Ziet hij bepaalde tendensen in de
regionale geschiedschrijving? Ik zie niet zozeer
een verandering in onderwerpkeuze als wel in
de manier waarop het wordt aangeboden. Elke
heemkundige kring heeft zijn eigen cultuur. De
HK De Bevelanden had een aantal tradities die
werkelijk uniek waren. Het leukste vond ik zelf de
fietstochten, soms door weer en wind. Die zijn
ontstaan uit de natuurgidsencursussen. Het was
zo'n succes, dat ze opgenomen werden in het
programma. Ook de dorpswandelingen onder
leiding van Jan de Ruiter waren uniek. Bestaan er
eigenlijk nog dorpswandelingen? Bij de Buiten-
Bevelandse excursies naar België of andere delen
van Nederland zagen we op den duur juist een
dalende belangstelling. Dat heeft waarschijnlijk
te maken met de toegenomen eigen mobiliteit.
Het onderzoek naar veldnamen mag niet
onvermeld blijven. Dat is heel typerend voor de
HKDB. Bijzonder was natuurlijk ook dat we met
een clubje mensen uit de Kring actief betrokken
zijn geweest bij de naamgeving van een aantal
infrastructurele werken, zoals de 'Drie Klauwen'
bij het verkeersknooppunt van de Sloeweg en bij
de naamgeving van het viaduct 'Gosvazze'.
De Spuije
Geldt die eigen cultuur ook voor de Spuije?
Zeker. Bij sommige heemkundige verenigingen is
het blad van de vereniging toch vaak een soort