Ecologisch adviesbureau Sandvicensis het verslag. "Ook foto’s waren en Waardering voor de natuur gaat gepaard met genieten van de schoonheid ervan." zijn altijd een belangrijk onderdeel van i Bijna vliegvlug heeft de jonge grote stern een ring om gekregen. Foto: Kees de Kraker 10 11 leder jaar heeft zijn verrassingen en sommige ontwikkelingen zijn spectaculair om te volgen. Andere zaken verlopen teleurstellend. Weersinvloeden, zoals een stormachtige wind, bijzonder natte omstandigheden of langdurige droogte loten hun sporen nd. Sinds 2017 is er geen vestiging van Grote Sterns in de Grevelingen en is de populatie Groenknolorchis heel sterk afgenomen. Dit laatste hing, niet toevallig, samen met drie droge jaren. Gelukkig was 2021 natter en zagen we een licht herstel. Trots kunnen we zijn op de enorme populatie van de zeldzame Herfstschroeforchis die in 2021 tot een recordhoogte steeg. Met de Noordse Woelmuis gaat het minder goed, al was de vondst van een grote populatie op het Krammersluizencomplex - net buiten de Grevelingen - dit jaar een opsteker. Bij aankomst aan de Burghse Ring nam Kees mij direct door zijn lange tuin mee naar de achter grenzende Ringwalburg van Burgh, een in de Karolingische tijd door bewoners van de Kop van Schouwen aangelegde ronde vluchtburg om zich teweer te kunnen stellen tegen plunderende Vikingen. Plaatsnamen in Zeeland die op 'burg' eindigen als Middelburg, Domburg, Souburg (Zuidburg) en Oostburg en dus ook Burgh danken hun naam aan die verdedigingswerken. De ringwalburg achter het huis van Kees en echtgenote Petra ligt op de overgang van Schouwens duinareaal naar het zeekleilandschap. De ringwalburg bleef sinds de tiende eeuw onbebouwd. Met vóór de deur de pittoreske Burghse Ring en achter die ringwalburg is, mét het zomeronderkomen op de Hompelvoet, voor wat zijn behuizingen betreft Kees óók een geluksvogel. Het huis in Burgh dateert uit 1871. Kees en Petra kochten het in 1983 van twee ongetrouwde broers die moeilijk met elkaar overweg konden. Er viel toen wel wat aan de woning te verbouwen. Gelet op de voorbeeldig onderhouden groentebedden en een kippenren kreeg ik in de tuin al ingeprent dat hier iemand actief moest zijn met agrarische wortels. Die veronderstelling bleek juist. Kees' vader was landbouwer in Zaamslag in Zeeuws-Vlaanderen. Zijn oom was wijlen Fake Haak, een van de voorzitters van de Vogelbeschermingswacht Oost Zeeuws-Vlaanderen 'De SteltkluutAfgezien van de belangstelling voor vogels, bezit Kees artistieke kwaliteiten, een van zijn moeders kant afkomstig talent, dat ook duidelijk terug te vinden is in de Grevelingenverslagen en in zijn fotografie. Trouwens, twee van de vier kinderen van Petra en Kees bezochten kunstacademies, die van Rotterdam respectievelijk Breda. Kees ging naar die in Breda. Na deze te hebben doorlopen belandde hij in de voormalige lagere school in Burgh. Deze is nu een museum. Van daaruit had hij een paar jaar een reeks baantjes, een periode waarin hij ook Petra leerde kennen. Zo ging hij tussen 1973 en 1983 zesmaal naar Sleeswijk-Holstein om daar de laatste zeearendnesten van toenmalig West-Duitsland te bewaken. Dat was in de periode dat zeearenden in Europa een kritieke periode doormaakten. Nu, ruwweg een halve eeuw later, kwam een paartje in het Grevelingenbekken te broeden. Het is tekenend voor Kees de Krakers voorzichtige benadering van ontwikkelingen in de natuur dat hij, op de suggestie dat er in de Grevelingen wel plaats is voor meer paartjes, stelde dat ze het in de Grevelingen zonder grote prooi- vissen moeten doen. "Daarvoor moeten ze naar het Haringvliet", relativeerde hij. De jonge zeearend van het nest op de Slikken van Flakkee redde het niet. Juist in de week van de 7e juni werd vastgesteld dat de al grote pul op het nest was gecrepeerd, mogelijk als gevolg van aanvoer door de oude vogels van door vogelgriep omgekomen vogels. De grote stern liep als een rode draad door alle gespreks onderwerpen van die dinsdagmiddag. De dramatische berichten over massale sterfte in verschillende kolonies die vanaf eind mei bij leden van de Contactgroep Grote Sterns in Nederland dagelijks over pc-schermen gingen, overscha duwden de samenspraak. Vogelgriep? Voedselschaarste? Of beide? Sinds jaar en dag is Kees verzamelpunt en herdis- tributeur van in de Contactgroep rondgaande sternmails. Ook toen de grote stern de Grevelingen de rug toekeerde bleef het wel en wee van de soort in Nederland en daarbuiten een van de hoofdstukken van de Grevelingen-jaarverslagen. Het waren de grote sterns die Kees de Kraker op de Hompel voet brachten. Toen de soort zich langzaam herstelde van de catastrofale decimering in de eerste helft van de zestiger jaren, kwam hij ook weer te broeden op de Hompelvoet. Nadat John Beijerbergen in de eerste jaren na de afsluiting als bewaker van de grote sterns optrad, nam Kees na voor spraak van John het toezicht over. Ze werden zijn favoriete vogels, een sentiment dat Kees overigens deelt met een behoorlijke club personen binnen en buiten de grenzen. Prompt dan ook dat zijn ecologisch adviesbureau dat hij in 1992 oprichtte Sandvicensis ging heten, de wetenschap pelijke naam voor de grote stern. Op de Hompelvoet en de andere Grevelingenplaten gebeurde van alles, en in snel tempo. De vegetatieontwikkeling was uniek. Kees raakte daardoor zo geboeid dat hij van luchtspeurder naar vogels óók bodemzoeker werd, waarbij hij plantensoorten ontdekte die botanici en hemzelf in vervoering brachten. In de jaren vanaf 1979 verbreedde en verdiepte Kees op bewonderens- waardige wijze zijn kennis in alle natuuraspecten van de Hompelvoet, later ook van andere Grevelingenplaten. Van de kustbroedvogels vestigden zich weer heel wat Kluten, Dwergsterns en Strandplevieren op Markenje. Maar het broedsucces was daar bijzonder laag. Visdieven deden het gelukkig beter. Ondanks dat er met gericht beheer veel valt te bereiken, laat de natuur zich niet dwingen. Maar hoe meer je er van weet, des te beter begrijp je waarom dieren bepaalde keuzes maken en plantensoorten komen en gaan. In de jaarlijkse verslagen werd ernaar gestreefd om de ontwikkelingen helder en overzichtelijk weer te geven. Ook foto's waren en zijn altijd een belangrijk onderdeel van het verslag. Waardering voor de natuur gaat gepaard met genieten van de schoonheid ervan. Voor de beheerder zijn de voor het gebied geformuleerde instandhoudingsdoelen een belangrijke opgave die nagestreefd wordt. Noodzaak tot het nemen van maatregelen of weren van negatieve ontwikkelingen behoren daarbij. Continuïteit in beheer, met oog voor de ontwikkelingen en een lange termijnvisie zijn belangrijke zaken."

Tijdschriftenbank Zeeland

Sterna | 2022 | | pagina 6