Bouwkundige onderwerpen
Trappen 1 F.G.C. Rothuizen
19
Het eerste deel van mijn verhandeling
over trappen is de inleiding. In het
volgende deel ga ik in op de vorm en
het materiaal, en het laatste deel zal
gaan over hoe een trap wordt ont
worpen.
De belangrijkste functie van een trap is
vloeren van verschillende niveaus met
elkaar te verbinden. Dat kan op een een
voudige manier, zoals dat bij een kelder
trap of een zoldertrap het geval is; dit
zijn de zogenoemde secundaire trappen.
Wanneer een trap, naast een functionele,
ook een min of meer representatieve
functie krijgt, spreken we van een primai
re trap. Een woonhuistrap die de begane
grond verbindt met de eerste verdieping,
is zo'n trap.
In voorname gebouwen zoals musea,
raadhuizen en theaters krijgen trappen
vaak een centrale plaats, de trappenhal.
Door hun vorm en het materiaalgebruik
zijn ze opvallend aanwezig;* ze zijn
imposant want ze moeten imponeren;
we hebben het dan over statietrappen.
De torentrap van een kerk (fig. i) is een
mooi voorbeeld van een secundaire trap.
Meestal is het een spiltrap waarvan de
treden als het ware om de trapspil draai
en zoals de wijzers van een uurwerk. De
trap gebruikt weinig ruimte, hij is smal
en vaak ook steil. Soms is hij opgeno
men in de dikke muren, maar het komt
ook voor dat hij tegen de buitenzijde
van de torenmuren is aangebouwd.
De primaire trap kent iedereen omdat
deze voorkomt in vrijwel elke woning
met een verdieping. Meestal is hij sober
uitgevoerd omdat in de doorsnee woning
gewoekerd moet worden met de ruimte,
dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld een
I