J 5 Vijf eeuwen Sint-Janskerk in Sluis (c. 1325-1811) als de westers-katholieke christenheid. En evenzeer in het oude christelijke Midden Oosten als in Europa en - vanaf de zes tiende eeuw onder invloed van het koloni alisme - in Amerika, Afrika en Azië. De naam Sint-Jan in 'Sint-Janskerk' kan slaan op Johannes de Evangelist, maar va ker op Johannes de Doper. De meeste kerken met Sint-Jan de Doper als patroonheilige dragen de algemene naam Sint-Janskerk. Maar er is ook een aantal kerken die opgedragen zijn aan een cruciale gebeurtenis uit het leven van Sint-Jan, in het bijzonder zijn geboorte en onthoofding/ dood. In Nederland waren en zijn bijvoorbeeld de Sint-Janskerken van Den Burg/Texel, Wageningen en Zevenhuizen gewijd aan de geboorte van Sint-Jan en die van Goirle, Kaatsheuvel en Zoeterwoude aan zijn onthoofding. De meerderheid, zoals die in Amsterdam, Breda, Klundert, Roosendaal en Vlaardin- gen, was van algemene aard. Dat gold ook voor de Sint-Janskerk in Sluis. Geschiedenis en kerkelijk leven De Sint-Janskerk in de Middeleeuwen De Sluise Sint-Janskerk, gewijd aan Johan nes de Doper, dateert vermoedelijk uit het eerste kwart van de veertiende eeuw. De exacte bouwdatum is niet bekend. Maar aangezien de kerk in 1330 een zo genaamde 'Tafel van de Heilige Geest' bezat moet de bouwdatum uit de jaren daarvoor dagtekenen. De Tafel van de Heilige Geest was een zorginstelling voor de armen, waarvan de bestuurders de Hei lige Geestmeesters of de Armenmeesters werden genoemd. Het kerkgebouw ligt in een rechthoekig stratenblok tussen de Zuiddijkstraat en de Noorddijk (de huidige Hoogstraat) dat planmatig werd aangelegd. Dit is nu nog duidelijk te zien aan de rechtlijnige loop van de huidige straten. Van de straat die het blok in tweeën deelt, de Schaliestraat, is bovendien de aanlegdatum bekend, 1325. Het is dan ook aan te nemen dat de bouw van de kerk omstreeks dat jaar een aanvang nam. De aanleiding tot de bouw had te maken met de snelle expansie van Sluis. De stad was gesticht rond 1275 en had zich bin nen korte tijd ontwikkeld tot een interna tionale havenstad. De toenemende haven- 15 LV SA EXHVCXATaI nrtwif ir mor I MAVHITTI \AS5AV!7(I JLXMtt I I 0JUV-V Ü.V A CJL C J C.£ 1 Tekening van de Sint-Janskerk te Sluis voor de brand in 1811. (Collectie gemeentearchief Sluis.) De inname van Sluis door Maurits van Oranje in 1604, kaart uit Slusa Expugnata, Joan Blaeu, 1649. activiteiten trokken andere economische bedrijvigheden, handelaren, ondernemers, ambachtslui en arbeiders uit Vlaanderen en elders aan. De stadsplattegrond met straten, woningen en andere gebouwen en voorzieningen, breidde zich als gevolg daarvan snel uit. Vanzelfsprekend hoorde bij de stadsuitbreiding ook de realisatie (of wellicht modernisering en vergroting) van een religieuze infrastructuur. In deze tijd werden dan ook twee kerken aangelegd, de Onze-Lieve-Vrouwekerk en de Sint- Janskerk. Patronaatschap van de Sint-Baafsabdij te Gent De Sint-Janskerk stond onder patronaat van de Sint-Baafsabdij van Gent. Dat wil zeggen dat het bestuur van deze machtige religieuze instelling het kerkelijk beleid en de benoeming van het personeel in de Sluise Sint-Janskerk bepaalde. Weliswaar moest bijvoorbeeld een pastoorsbenoe ming nog bekrachtigd worden door de bisschop (van Doornik) en de deken (van Aardenburg), maar vanwege de invloed van het abdijbestuur werden beschik kingen doorgaans onbetwist door beide

Tijdschriftenbank Zeeland

Bulletin Stichting Oude Zeeuwse kerken | 2019 | | pagina 5