EEN ZONDAGMIDDAG IN EIGEN OMGEVING
GEVONDEN RINGEN
Afstand: 22 km; tijd:543 dagen. M.Janse, Terneuzen.
DOORW. DEKOCK
Zondagmiddag 15 december 1985. Na 't eten, op de bank even
een uiltje knappen (om in stijl te blijven).
Daarna een half uurtje stappen. M'n routine-loopje, zoals
ik het pleeg te noemen.
Een eindje door de polder, de Zaamslagseweg op, waar vroe
ger de weegbrug StAnnapolder stond, dan richting de Kraag.
De vogels die ik onderweg zie, zijn dagelijkse verschij
ningen. Ik kijk nog in de bomen, maar zie niets bijzonders.
Gisteren had ik nog een onverwachte ontmoeting met een
12-tal staartmezen, die ik tot op' enkele meters kon bena
deren, maar 't kan niet elke dag prijs zijn.
Ik stap door en hoor ineens een vreselijk gekrijs.
Een spreeuw, dat hoor ik gelijk.
Een bruine roofvogel vliegt weg. Eronder hangt een sparte
lende vogel, die flink tekeer gaat. De roofvogel heeft
moeite met het vervoer van zijn pro'oiStrijkt dan neer
aan de rand van het wegclek en laat het verkeer voorbij
razen. Daarna volgen nog enige handelingen, die waarschijn
lijk het lot van de spreeuw bezegelen.
De prooi wordt weer opgenomen en een eind verderop gedra
gen. De roofvogel zit nu op het geploegde land en door de
kijker heb ik een goed beeld. Het is een torenvalk en hij
(of zij) heeft z'n prooi in de berm van de weg geslagen.
Klopt met het biotoop van de vogel. Maar zo'n grote prooi
had ik toch niet verwacht. Misschien wegens gebrek aan
muizen?
Het gebeuren wordt beëindigd door te intensief verkeer.
Ik vervolg m'n route en zie nog grote groepen koperwieken,
die in de buurt zwerven en er lange tijd blijven hangen.
De rozenbottels in het plantsoen zijn altijd goed voor
groepjes groenlingen, die er zich aan tegoed doen. Sijsjes
hangen in de elzenproppen
Wat ik van dit uitstapje over hou? Zeg nimmer, ik zie
nooit iets buiten. Iedere gang in de natuur brengt verras
singen. Maar 't is altijd onverwachts 1
Wees er dus op bedacht
ZILVERMEEUW: Arnhem 5131050; nestjong; 14-06-1983, Middel
platen, Veerse Meer.
Gevonden: 09-12-1984, Braakmanhaven. Vers dood.
94