OP EN POND HET liUMOIRT EN ZIJPE
II
In het Zeeuws Museum te Middelburg toonde men mij ook een
brief, geschreven vanuit Delft h April 1867, door een zekere
del Campo aan zijn vrouw Coosje, Mevr 0 A.J. del Campo genaamd
Camp, te Terneuzen, dat de familie Camp de rechten had ge
kocht van het Pijk van de aanwassen van de Bruintjeskreek,
voor de schikkelijke prijs van 3000,Dit zullen de
schorren zijn geweest die in 1936 zijn ingedijkte Deze pol
der kreeg de naam van Abraham Wissepolderze is 53 ha
grooto
Ook vermeldde deze Camp aan zijn vrouw, dat oom (Camp) over
eenstemming bereikt had met Caland over de aanwas en de
schorren tegenover Schouwen^ om deze te laten liggen tot
kleisteeko Dit zullen de schorren zijn, die ten noorden en
oosten van de A.J.polder liggen, maar nimmer zijn ingedijkt»
Wel is van deze schorren zeer veel (vlet)klei verkocht voor
dijkverzwaring ergens anders
Uit genoemde brief blijkt, dat er niets nieuws onder de zon
is» Camp klaagde (dus precies 100 jaar terug), dat er zo
veel mensen plotseling stierven» Deze ervaring had hij op
gedaan op de stoombootreis naar Botterdam: een passagier
was plotseling aan boord overleden»
Hoe de verdeling van de landerijen is gegaan na het over
lijden van W,F, del Campo, is mij niet precies bekend»
Ik vril me alleen bepalen tot zijn oudste zoon, Jan Willem
del Campo genaamd Camp» Deze werd op 1 maart 183^ te Fijnaart
geboren» Van 1863 tot 1868 (of 1869) volgde hij zijn vader op
als burgemeester van St. Philipsland. Hij huwde in Pennington
(Engeland) op 5 december l86^ met Lydia Smith, geboren 28
maart l8t-2.-Uit dit huwelijk werden twee zoons en twee doch
ters geboren.
Hij werd bewoner van de i:Willemsburgf? -- in de volksmond
'Wiet Witte Huis!; genoemd -- en erfde het noordelijk gedeelte
van de polder. Als hij in zijn studietijd zonder geld zat, ging
h:n we 1 eens met zijn vrienden in'de omgeving van waar hij stu
deerde, met een muziekinstrurnent (verhaal, aan mi in oom)*, zin™