is bijvoorbeeld even wichtsbemesting
nodig, d.w.z. niet meer fosfaat aan de
bodem toevoegen dan er met het gewas
afkomt.
- Erosie, boskap en grondwaterverbruik
moeten sterk omlaag.
-Duurzame energie (zon, wind, aardwarm
te, biomassa) moet in de energiebehoefte
voorzien en de energie-efficiency moet
maximaal gemaakt worden.
- De secundaire productie, met afval als
grondstof, moet veel groter worden dan
de primaire productie op basis van maag
delijke grondstoffen.
- Natuurlijke hulpbronnen moeten zoveel
mogelijk worden ingezet op basis van het
cascadeprincipe, waarbij de toepassingen
langzaam van hoogwaardig naar laag
waardig zakken.
Bij zulke veranderingen past inderdaad
een industriële revolutie.
Technische mogelijkheden
Interessant is dat er nu al heel wat techni
sche mogelijkheden zijn om de economie
veel milieubesparender te laten functione
ren:
- In Nederland is onze energie-efficiency
sinds 1970 met ongeveer 25 procent ver
beterd. Technisch gesproken zijn de
komende jaren nog besparingen tot 60 a
70 mogelijk. Van zulke efficiencyverbe
tering is zelfs bij de huidige lage energie
prijzen een flink deel rendabel.
- Studies over afvalpreventie bij middelgro
te industriële Nederlandse bedrijven
laten zien dat door preventie afvalstro
men met 30 tot 60 verminderd kunnen
worden. Met een maximale inzet kunnen
bij dit soort bedrijven de afvalstromen
zelfs verminderen met percentages in de
orde van 80-90
Het is toch merkwaardig dat na zoveel
jaren milieubeleid de mogelijkheden tot
afvalpreventie zo slecht benut zijn.
- Met het herontwerpen van producten
kan vaak grote vermindering van de
milieubelasting bereikt worden. Het kan
nodig zijn de industrie over de streep te
trekken. Volgens de wasmiddelenfabri
kanten zouden alle wasmachines stil
komen te staan als hun producten aan de
milieu-eisen moesten voldoen. Toen
puntje bij paaltje kwam bleken toch in
korte tijd forse verbeteringen mogelijk,
zonder dat het product veel duurder
werd. Met zulke verbeteringen staan we
nog maar aan het begin van de mogelijk
heden.
- Door terugnameplicht voor afgedankte
producten, zoals die in Duitsland ingang
vindt, zien we een snelle expansie van de
mogelijkheden tot hergebruik, een forse
vermindering van de druk op het milieu
en een innovatiehausse. Het ontmantelen
van een Philips televisie kost nu evenveel
als de behaalde winst op de verkoop van
het apparaat. Terugnameplicht zet de
fabrikant aan, de treurbuis opnieuw te
ontwerpen tot een groene tv.
Het blijkt dat snelle veranderingen moge
lijk zijn als er aandacht op het probleem
gevestigd wordt en de wil tot verande
ring aanwezig is.
Milieukosten
Voorwaarde voor de juiste benutting van
de technische mogelijkheden is dat gang
bare subsidies voor vervuilers, zoals bij
voorbeeld de subsidie voor de productie
van aluminium uit bauxiet, verdwijnen en
dat milieukosten in de prijs van het pro
duct worden opgenomen.
Er zijn drie typen milieukosten te onder
scheiden:
1) De vervanging van natuurlijke hulp
bronnen.
2) De schade door vervuiling.
3) De functieverliezen van de natuur.
Zouden deze milieukosten worden door
berekend, dan zouden de prijzen er heel
anders uitzien:
De prijs van gelode benzine zou dan waar
schijnlijk tenminste vier maal zo duur zijn
als thans en kerosine tenminste tien maal.
Onbespoten groenten en fruit zouden
juist goedkoper worden dan het huidige
bespoten product, en hergebruikt alumini
um stukken goedkoper dan nieuw alumi
nium. Zo zou een fles melk in het schap
goedkoper zijn dan een pak. Zonnecellen
op het dak zouden het prijstechnisch win
nen van de huidige electrische
centrales.
Met dat soort financiële prikkels
is een tweede industriële revolu
tie onontkoombaar en moet een
stationary of steady state econo
my binnen bereik komen. Het is
echter nog te vroeg om nu al over
de gehele linie van een heuse
industriële revolutie te spreken.
Daarvoor zijn de verbeteringen te
klein en is het tempo van veran
dering te aarzelend.
(W.d.W.)
Lucas Reijnders
Foto ZMF
Prof. dr. L. Reijnders is hoogleraar milieu
kunde aan de Universiteit van Amsterdam
en medewerker van de Stichting Natuur en
Milieu.
4 WANTIJ OKTOBER 1993