'Het was haast niets, het Sas: twee boomkruinen
achter een dijk, een kleine haven en zwarte
sluisdeuren. Het was haast niets.' Zo beschrijft
Oek de Jong het Goese Sas in Pier en oceaan,
de roman waarmee hij in 2012 de Zeeuwse
Boekenprijs won.
Onderkoning
Willem de Weert
Het Goese Sas is een plek uit zijn jeugd die
herhaaldelijk in zijn romans voorkomt,
recentelijk ook in Zwarte schuur. 'Het
landschap vanje jeugd blijft je dierbaar,'
zegt hij. 'Zonder overigens nostalgisch te
worden. Nostalgie is conservatisme, je wilt
geen verandering. Maar ik onderschrijf het
verzet tegen nieuwe lelijke villadorpen. Dat
is een slecht gebruikvan het Zeeuwse
landschap. Metteveel zomerhuisjes,
nepdorpen, verpestje hetvoorjezelf. Ik
heb de indruk dat lokale wethouders soms
niet bestand zijn tegen de druk van grote
projectontwikkelaars. En dan krijg je als
natuurcompensatie wat armzalige bomen
terug.'
Oek de Jong zat op het Christelijk Lyceum
voor Zeeland in Goes, waar zijn eigen
vader rector was, en schreef voor de
schoolkrant. 'Fanaa/heette dat blaadje,
wat lichtbaken betekent. Ik ben toen een
keer naar Middelburg gegaan om een
'langharige' milieuactivist te interviewen.
Hij woonde in de Kuiperspoort, een
prachtig oud straatje. Eind jaren zestig
vestigden Hoechsten Pechineyzich in het
Sloegebied. Daarin speelde, als ik het me
allemaal goed herinner, gedeputeerde Ad
4 J wantij oktober2020