DE POST EN HET POSTKANTOOR TE VEERE
vervolg van pagina 19.
van hetzelfde 4e Commando dat de binnenstad
van Vlissingen en Vrouwenpolder heeft vero
verd, onder leiding van dezelfde Franse kapitein
van de mariniers Philippe Kieffer, bijgenaamd
de Pasja.
Ze zijn misschien in de film wat moeilijk te
herkennen, want op Walcheren droegen de com
mando's de bekende donkergroene baret of de
khaki mutsdas en een denim camouflage jack
van de Amerikaanse parachutisten, waarin ze
zich erg happy voelden.
En dan de reusachtige ijzervreter, de Beach-
master (walkapitein), Colin Maud met zijn
woeste baard waar iedereen bang van was?
In de ene hand een knuppel en met zijn andere
hand houdt hij een vervaarlijke hond in be
dwang. Hij mept met zijn stok op een kleine
tank, die niet verder wil, en krijgt daarmee het
ding weer aan de praat. Dezelfde Colin Maud
was op 1 november Beachmaster op Uncle
Beach, het Slikhaventje in Vlissingen. Ziet u
hem al voor u met zijn knuppel op een onwillige
Buffalo rammen, want daarvan sloegen de mo
toren ook telkens af?
En dan het rijtje nonnen in de film, dat over de
sluisdeur loopt. Ouistreham heeft geen sluis
deur. Het zijn de nonnen van het Sint Josef-
ziekenhuis in Vlissingen die tijdens een korte
vuurpauze over de sluisdeur van het Droge
Dokje naar het bevrijde gedeelte van Vlissingen
oversteken omdat het ziekenhuis zwaar is ge
troffen. Dat zijn de trucjes van een regisseur om
een boeiende film te maken.
En dan de heroische strijd om het Casino van
Ouistreham, waar een Duits kanon op het dak
staat.
Historisch volkomen uit de duim gezogen,
maar helemaal toegesneden op de aanval op het
hotel Brittania op de Boulevard in Vlissingen,
het hoofdkwartier van de Duitse troepen, dat in
een halve dag strijd in een ruïne wordt herscha
pen. Wilt u nog meer paralellen? De beroemde
doedelzakspeler, William Millin, de "mascotte"
van het 4e Commando, die in de film voorop
loopt te pijpen op weg naar het einddoel van de
eerste dag, "Hell fire corner" de Pegasus brug,
een ontroerende scene.
Dezelfde Bill Millin speelde in de Walstraat in
Vlissingen op weg naar het einddoel van D-Day
in Vlissingen op 1 november, het Betje Wolff-
plein. Dat had toen ook de bijnaam "Hell fire
corner" (en nu heel romantisch Scheldeplein
heet).
Nee, een film "De natste slag" zal er wel nooit
meer komen, maar ik heb genoeg aan de
beelden uit "De langste dag" en ook in het boek
ben ik veel bekenden tegengekomen.
A.H. van Dijk
Alhoewel er voor die tijd ook al postverkeer van
en naar Veere geweest moet zijn heeft het tot
1745/46 geduurd vooraleer er door het stads
bestuur goede en duidelijke regels afgesproken
werden, de tarieven bepaald werden en een
postmeester aangesteld werd.
Op 21 augustus 1745 legt een der burgemeesters
de vroedschap het plan voor tot de "oprichting
van een posterie binnen dese stad". Op 4
oktober wordt door het stadsbestuur het besluit
genomen deze "posterie" op te richten.
Enige maanden later, op 2 april 1746 wordt er in
de raadsvergadering gesproken over het aanstel
len van een postmeester. Drie weken later, op 23
april 1746, sluit men dienaangaande een ak
koord met Jacques le Jeune, postmeester van
Steenbergen, die van nu af aan tweemaal per
week zal zorgen dat er postverkeer van en naar
Veere is.
Aardig is dat een der eerste kontrakten met Le
Jeune bewaard is gebleven, namelijk dat van
november 1754:
"Wij onderges. Willem Schorer l.A. fil. en
Laurens Nebbens, regeerende burgermr. der stad
Veere, als daar toe speciaal bij d'ed. achtb. heeren
bailluw, burgermeesters, schepenen en raaden der
selver stad gecommitteerd, ter eenre en Jacques le
Jeune, postmeester van Steenbergen, ten andere
zijde.
Verklaaren en certificeeren bij desen met den
anderen te zijn overeengekomen en verdragen dat
22